Afb. 6. Een Sikorsky helikopter van de Royal Air Force, op het haven plateau. (Collectie G. de Fouw.) dijk een plaatselijke boer die met zijn trac tor de bevroren kadavers opstapelde. Later verbrand? Patrouillelopen werd routine en gelukkig zonder ongelukken, aangespoelde lijken of schoten. Later was wel een verhaal dat elders in het Rampgebied een boer, rijdend op zijn tractor, het gegeven 'halt' teken, de opgeheven hand, abusievelijk begreep als groet en doorrijdend vriendelijk tenig- zwaaide naar de militair. Die na nog een sommatie aanlegde en de nog rijdende boer in zijn been schoot. Waar gebeurd verhaal? Een Sikorsky helikopter van de Royal Air Force, die op de kade was geland en hier tijdelijk stond was toen nog iets heel bij zonders. Voor de bevolking kwam warme kleding uit Noord-Amerika. Of Canada? Na acht dagen in Colijnsplaat kwam onaangekondigd onze aflossing: een mobiele eenheid van de landmacht, com pleet met o.a. een keukenwagen! Voor ons was het maar behelpen geweest. Ik weet niet hoe en langs welke route wij die dag zijn teruggegaan naar Middelburg. Ongetwijfeld vies, na tien dagen zonder verschoning te hebben gewerkt en geslapen in ons uniform. Helaas zijn de contacten met wethouder Bom en de meeste inwoners van Colijns plaat stroef geweest. Waar was de burge meester en de politie in die acht dagen van ons verblijf? Eerst veel later heb ik begrepen hoeveel de bevolking van Colijnsplaat toen te verwer ken had: doden begraven, vermisten zoe ken, angst, hoop en wanhoop. Onzekerheid, verdriet, schade, chaos, enz. enz. Ik herinner mij een lange, naderende begrafenisstoet met paarden op de dijk. Volgens de heer De Fouw, Historie Noord- Beveland, waren er door 'het wonder van Colijnsplaat' plaatselijk geen doden te betreuren. Wel werden toen tijdelijk de doden uit Kortgene begraven in Colijns plaat omdat de begraafplaats daar was ondergelopen. In totaal vielen in Kortgene en Kats 41 slachtoffers. Achteraf kan ik best begrijpen dat men zelf heel grote zorgen had en geen prioriteit voor ons. Door die toevallige omstandigheid heb ik deel kunnen nemen aan hulpacties door militairen in Zeeland: Ritthem, Arnemui- den en Colijnsplaat. Dankbetuiging Met postume dank aan vrachtrijder Piet de Buck en zijn dochter Jo, kapper Ko Schip pers en de onbekende maaltijdkokers in Kats die ons toen belangeloos hebben gehol pen. Tevens veel dank aan de heer Gerard de Fouw, Historie Gemeente Noord-Beveland, voor de recente en geslaagde zoektocht naar de namen bij dit verhaal, de foto's uit zijn privé archief, en zijn zeer plezierige hulp bij het samenstellen van mijn verhaal. 16

Tijdschriftenbank Zeeland

De Spuije | 2010 | | pagina 18