Afb. 13. Gemetselde waterput, naast beerput nr. 9. ten van majolicaborden, fragmenten van pijpen en botmateriaal in aangetroffen. De putten met de nummers 3, 4 en 6 heb ben waarschijnlijk behoord bij een pand dat langs het Marktplein heeft gestaan. De putten met de nummers 5 en 7 t/m 9 heb ben vermoedelijk behoord bij panden langs de Hoofdstraat. In elk geval is duidelijk dat sommige ervan lang in gebruik zijn geweest. Het aandeel roodbakkend aardewerk was dik in de meerderheid ten opzichte van andere materiaalcategorieën. Grijs aarde werk, dat vaak in een laat-middeleeuwse context wordt aangetroffen, was zelfs bijna afwezig. Er zijn met de metaaldetector opvallend weinig metalen voorwerpen teruggevonden. In de enkele gevallen bevonden deze zich in afvallagen naast en onder de funderingen. De gemetselde waterputten bevatten geen materiaal (afbeelding 13). De uitkomst van de C14-dateringen van de houtmonsters van de boerderij uit de vroegste bewoningslagen liet een ouderdom zien van rond het jaar 1100.101 De eerste dam zal dus nog iets ouder zijn. Dat klopt goed met de bekende historische gegevens. 5. Samenvatting en conclusies De oudste sporen die bij het archeologisch onderzoek aan het Marktplein en de Hoofd straat te Biezelinge zijn aangetroffen date ren uit de elfde eeuw. Zo worden literatuur- en archiefgegevens in grote lijnen door de archeologie bevestigd. Verder zijn dertiende en veertiende-eeuwse afvallagen en in de bovenste niveaus de achtergevels van woningen met bijbehorende achtererven en beer- en waterputten aangesneden, die in de vijftiende t/m twintigste eeuw kunnen worden gedateerd. De vondsten behoren in de meeste geval len tot de gebruikelijke inventaris van een huishouden, zoals kookpotten, waterkan nen, kommen, bakpannen, etc. van voorna melijk roodbakkend aardewerk en in iets mindere mate van witbakkend aardewerk. Gezien de archeologische sporen en vonds ten kan worden geconcludeerd dat in het onderzoeksgebied een continue bewoning heeft plaatsgevonden vanaf de elfde eeuw tot heden. Literatuur: Bruijn, A., De middeleeuwse pottenbakkerijen in Zuid- Limburg (Nederland). Tongeren, 1965. Dekker, C., Zuid-Beveland. De historische geografie en de instellingen van een Zeeuws eiland in de Middeleeuwen. Krabbendijke, 1982. Holthausen, O., Verkennend Archeologisch Bodemonder zoek locaties Donkerewegje en De Klinker te Biezelinge. Nieuwerkerk, 2003. Jongepier, J., Zuid-Beveland; in: Nieuwsbrief Archeologie Provincie Zeeland nr. 2, p. 6. Middelburg, 1998. Klerk, F. de, Historisch onderzoek Hoofdstraat 2 te Bieze linge. Gemeentearchief Kapelle, 1997. Klerk, F. de, Herberg De Rode Leeuw te Biezelinge. Bewo- ningsgeschiedenis en archeologisch onderzoek. Gemeente archief Kapelle, 2001. Lepoeter, G.J., Haven, achterhaven en meestoof te Bieze linge; in: Historisch Jaarboek voor Zuid- en Noord-Beve land no. 7, p. 34-49. Goes, 1981. Noten: 1. Hans Jongepier is werkzaam als adviseur archeologie bij de Stichting Cultureel Erfgoed Zeeland te Middel burg. Onder zijn leiding is het archeologisch onderzoek te Biezelinge in 1997 uitgevoerd (Jongepier 1998). 2. Dekker 1982. 3. De Klerk 1997, 2001. 4. Dekker 1982; De Klerk 2001. 5. Lepoeter 1981; De Klerk 2001; Holthausen 2003. 6. De Klerk 2001. 7. De Klerk 2001. 8. De vondsten bevinden zich in het PAD in de doosnum mers 1490-1502. 9. Bruijn 1965. 10. Centrum voor Isotopen Onderzoek te Groningen: mon sternummers GrN-24081 en GrN-24082. 26

Tijdschriftenbank Zeeland

De Spuije | 2010 | | pagina 28