De Borsselse vinvis
(Balaenoptera physalis L, 1758) van 1869
Gerard Heerebout
In de boerderij van wijlen Adrie van der
Meulen aan de Zuidweg bij Nisse bevindt
zich in het glas van een raam in de oostge
vel van de verdieping een slecht leesbare
en merkwaardige inscriptie:
De groote Walvisch alfMei
1869 te borsele Noorden Nol
Jan A de Jonge
Alf mei is half mei, want in een publicatie
van P. J. van Beneden uit 1870 lezen we
(vrij vertaald):
'In de nacht van 13 op 14 mei 1869
bemerkte de schuitvoerder Abraham Leunis,
op weg van Terneuzen naar Rotterdam, in
de verte, ter hoogte van de Kaloot, niet ver
van Vlissingen, een erg volumineus lichaam
en hoorde hij, tegelijkertijd een buitenge
woon sterk geluid. Toen hij naderbij kwam,
bemerkte hij dat het drijvende lichaam een
levend dier was; aangezien het leek dat hij
de oever naderde, ging de visser aan wal om
hulp te halen en, indien mogelijk, dit zee
monster te overmeesteren.
Hij werd verschillende malen met kogels
beschoten, een stoomschip kwam langzij en
's morgens bleek het een baleinwalvis van
17 meter lang te zijn, die op het strand van
de Kaloot bij Vlissingen gestrand was.'
De Kaloot strekte zich in die tijd heel ver
naar het westen uit; op de topografische
kaart uit 1864 is dat goed te zien. De plaats
van stranding, direct naast de geul bij dijk-
paal 45, is aangegeven.
De burgemeester van Borssele, de heer A.
Bolier, maakte op 15 mei op verzoek een
verklai'ing op: "Verslag van een verebte wal
vis op de vooroever van den polder Borsse-
len tussen de dijkpaal 45 en de Noordnol.'
'In den avond omstreeks 8 uur van den 13e
Mei 1869, is het gerugt vernomen, dat een
walvis verebt was op den vooroever van den
polder Borssele'. Jacob Rottier, Cornelis
Rottier, Hubrecht Nieuwenhuize, Johannes
Afb. 1. Tekening van de boerderij van Van
der Meulen met de plaats van de inscriptie.
(Tekening: Stichting Het Zeeuwse Land
schap.)
Kaaisteker, Jacob Bras, L. Rottier, Cornelis
van Vijven en Jan op 't Hof verenigden zich
bij de verebte walvis. Het waren allemaal
landbouwersknechts, behalve Cornelis van
Vijven, die was 'arrebeider'De walvis was
levend en maakte veel beweging.
'Na gemeen overleg heeft eerstgenoemde per
soon Jacob Rottier een geweerschot gelost
in de alstoen geopend muil van den vis, en
daarna werdt door de zelfde persoon nog
een tweede schot toegebracht onder het reg-
teroog, waarna de dood van de vis onmid
dellijk volgde. Alhoewel door de schipper A.
Leunis woonende te Neuzen, den vis vroeger
was opgemerkt, durfde hij echter dezelfde
niet naderen. En was daar van ook ver ver
wijderd, toen de vis gedood werdt.'
Vervolgens schrijft de burgemeester dat op
14 mei om vier uur door Jacob Rottier aan
gifte gedaan is van 'strandgoed'. Om negen
uur deed de zoon van de schipper Leunis
dezelfde aangifte. De bron van een con
flict is aanwezig. Rottier maakte immers
geen melding van het feit dan Leunis hem
gewaarschuwd had. Hij was de bron van
'het gerugt'.
De Goessche Courant van 21 mei (wegens
Pinksteren was de krant niet eerder ver
schenen) is erg gedetailleerd. Daar wordt
vermeld dat Leunis en zijn twee opvaren-
29