de vrijwilligers. Nu staat er dan ook een irachtig, eigentijds museum. Een mu seum dat bruist van leven bovendien. De bezoekersaantallen stijgen elk jaar. De museumwinkel loopt goed, de omzet stijgt ook elk jaar. Je hoeft maar op de website van het museum te kijken en je ziet dat er - naast de wisselexposities - ontzettend veel activiteiten zijn, van lezingen tot cur sussen, van handwerkcafés tot kinderver- aardagsfeestjes. Dat loopt allemaal goed, er blijkt een enorme honger naar kennis te zijn. Ook de Bevelandse scholen weten het museum te vinden, educatie is uitgegroeid ot een belangrijke tak van het museum. Bijna honderd scholen mag het museum ot zijn klanten rekenen. Verder vervult iet museum ook nog een maatschappelijke unctie, voor bijvoorbeeld maatschappelijke tages en reïntegratie van langdurig werk- ozen. Het museum werkt veel samen met andere organisaties, met andere musea en gemeentearchieven in Zeeland, maar ook daarbuiten. Die samenwerking heeft aller- ei gedaanten. Wederzijdse bruiklenen uit ie collecties, kennisoverdracht, arrange menten. Wie bijvoorbeeld een kaartje voor de stoomtrein Goes - Borsele koopt, krijgt sorting in het historisch museum. Ook intern zijn de zaken zachtjesaan op orde. Vorig jaar is een beleidsplan gemaakt, met als doel officiële registratie. Ter infor matie: van de 1200 musea in Nederland ijn er nog geen 300 officieel geregistreerd. Maar aan het Bevelandse museum is in middels een voorlopige registratie toege kend. Zo'n registratie vergt bijvoorbeeld nderzoek naar de herkomst van de collec tie en u kunt zich voorstellen dat het niet altijd eenvoudig is die te achterhalen. In mei dit jaar is een collectieplan verschenen. Weer een stapje verder op weg naar een olledig professioneel museum. Negentig procent van de collectie is geïnventariseerd en inmiddels ook zestig procent gedigitali seerd. Meer dan driekwart van de collectie staat in het depot, en dat gebouw is afge keurd. Dat vergt nog heel wat kopzorgen in een tijd van bezuinigen, maar de eerste voorstellen komen al binnen. Het museum heeft, samen met de gemeen tearchieven, een heel belangrijke functie: het bewaren van het Bevelandse erfgoed. Dat is natuurlijk in feite de hoofdtaak. Het museum ontvangt regelmatig schenkingen. Daar moet goed op gepast worden, dat kan op geen enkele manier beter dan in een museum. Kan het museum dan net zo goed een oud heidskamer worden? Dat zou kunnen, dat zou zeker een bezuiniging opleveren. Maar dan zijn er geen wisselexposities meer, dan zijn er geen activiteiten zoals lezingen en cursussen meer, dan kunnen de scholen er niet meer terecht, dan is de maatschappe lijke rol uitgespeeld. Dan zouden de bezoe kersaantallen bijna tot het nulpunt dalen en wordt het museum een dood ding. Dan zijn we een toeristische attractie voor de Bevelanden voor altijd kwijt. Want dat het museum dat is, daaraan hoeft niet getwijfeld te worden. Maar liefst zeventig procent van de bezoekers komt van buiten Zeeland. Het museum is daarom een factor van belang voor zowel de city marketing van Goes als de regiopromotie van de Beve landen. Het museum kost niet alleen maar geld, het heeft duidelijk ook economische spin off. Als zeventig procent van de bezoekers van buiten Zeeland komt, roept dat ook de vraag ophoeveel Bevelanders zouden er nog nooit een stap in hun eigen historisch museum gezet hebben? Dat moeten er heel wat zijn. Goed gekozen dus, die titel van de jubileumtentoonstelling: het museum is Bevelands best bewaarde geheim. Een ge heim dat vooral doorverteld moet worden! 33

Tijdschriftenbank Zeeland

De Spuije | 2010 | | pagina 35