Reacties van lezers
In de vorige Spuije, nummer 80, heeft u het
artikel kunnen lezen: Klein leed in de Grote
Oorlog, van A. J. Barth. Een van de beschre
ven gevallen van militairen die op zee de
dood vonden, was dat van Duncan Stubbs.
Hij was bemanningslid van de Britse krui
ser HMS Aboukir die op 22 september 1914
tussen 06.20 uur en 07.55 uur vlak voor de
Scheveningse kust samen met de kruisers
de Hogue en de Cressy ten onder ging. Met
hen verdwenen 2.300 mannen in de golven.
Bijna 800 werden gered, maar ruim 1.400
verdronken. De veroorzaker was een een
voudige Duitse onderzeeboot, de U9. Voor
de Duitsers was dit een enorme opsteker
aan het begin van de oorlog. Bij de Britten
kwam het aan als een mokerslag, de groot
ste klap ooit toegebracht aan de als onover
winnelijk beschouwde Royal Navy.
Auteur Henk van der Linden heeft na
jarenlang onderzoek een toegankelijke
reconstructie van dit drama geschreven.
Achtereenvolgens beschrijft hij de aanloop,
de lotgevallen van de bemanningsleden èn
de gevolgen, zowel vanuit Britse als vanuit
Duitse invalshoek. Wat de bemanningen
meemaakten wordt verteld in persoonlijke
verhalen van overlevenden. Een deel daar
van werd gered door Nederlandse koop
vaardijschepen en in ons land opgevangen.
Ook dat maakt deel uit van het verhaal
van deze aangrijpende en tot nu vergeten
ramp.
Het boek is verschenen bij uitgeverij
Aspekt: Drie massagraven voor de Neder
landse kust, 22 september 1914, ISBN:
9789059119901. Prijs: 21,95.
Afb. 1. Groep bemanningsleden van HMS Aboukir. Duncan Stubbs staat op de tweede rij van
onderen, derde van rechts. (Foto uit het boek: Drie massagraven voor de Nederlandse kust,
22 september 1914J
41