we Dresselhuis leren kennen als een uiterst
principieel en onverzettelijk man.
De bewaking van de kwaliteit van het
onderwijs op het platteland (in de stad
Goes was een plaatselijke schoolcommissie
eerstverantwoordelijk) was geen gemakke
lijke taak. De voor een groot deel uit boeren
bestaande gemeentebesturen waren nau
welijks geïnteresseerd in goed onderwijs en
de onderbetaalde onderwijzers waren vaak
meer bezig met allerlei bijbaantjes dan
met hun hoofdtaak. Het was min of meer
gebruikelijk dat de onderwijzer gedurende
de zomermaanden op eigen gezag de school
sloot om zijn dagen volledig met het ver
richten van veldarbeid te kunnen doorbren
gen. Het aantal kinderen dat in die periode
de school zou bezoeken was toch te ver
waarlozen. De leerplicht was nog ver weg.
De wantoestanden die de schoolopziener
bij zijn bezoeken aan de dorpsscholen soms
aantrof, waren schrijnend. De verslagen
ervan zijn bewaard gebleven.7)
Door de Afscheiding, die in 1834 begon met
het optreden van ds. Hendrik de Cock te
Ulrum en die in de jaren die volgden snel
om zich heen greep, profileerde zich een
protestantse groepering met uitgesproken
opvattingen. Deze groepering ging uit van
het historisch en belijdend protestantse
karakter van de natie en vond vanaf het
begin de openbare school niet protestants
genoeg.
Vanaf 1806 was het formeel mogelijk om
naast openbare ook bijzondere scholen
te stichten. De stichting van bijzondere
scholen was echter onderworpen aan de
toestemming van het plaatselijk bestuur
en omdat de openbare scholen opleidden
tot alle christelijke en maatschappelijke
deugden was het verre van eenvoudig om
tot de stichting van een bijzondere school
op levensbeschouwelijke basis te komen.
Trouwens, bijzondere scholen die werden
opgericht om godsdienstige redenen druis
ten eigenlijk in tegen de bedoeling van de
wetgever, die een gemengde school voor
ogen had als ontmoetingsplaats van kinde
ren met een verschillende kerkelijke achter
grond. De gemeentebesturen onderschreven
vrijwel overal van harte de verlichte denk
beelden van de wet.
De Christelijk Afgescheiden Gemeente te
Goes was, zeer tegen de zin van de her
vormden, in 1841 door de overheid erkend.
Hoewel er vanaf 1843 binnen deze kring
sprake was van plannen om in Goes een
christelijke school te stichten, duurde het
tot 1850 voordat een desbetreffend verzoek
- tot het stichten van een school, uitgaande
van een meer stellig christelijk beginsel -
aan het stadsbestuur werd gericht.
Goes was er door in rep en roer. De predi
kanten Van Oosterzee, Moll en Soetbrood
Piccardt namen in het verzet tegen de
komst van een christelijke school het voor
touw en trokken fel van leer. Zij waren
vooral gebelgd over de impliciete misken
ning van het christelijk karakter van de
openbare school. De plaatselijke schoolcom
missie, achter de schermen gesteund door
de schoolopziener, adviseerde het stichten
van de school niet toe te staan. Het stads
bestuur was blij met dit negatieve advies.
Men had zich echter verkeken op de strijd
vaardigheid van de initiatiefnemers. Deze
schroomden niet om zich met een adres tot
de minister van Binnenlandse Zaken te
richten. Ook Gedeputeerde Staten werden
bij de kwestie betrokken.
Schoolopziener Dresselhuis - verplicht tot
een neutrale en onafhankelijke opstelling -
slaagde er aanvankelijk in om de schijn van
partijdigheid te vermijden. Met zijn uitge
breide kennis van de voorschriften en zijn
scherpe pen wist hij zijn argumenten tegen
het stichten van de school op meesterlijke
wijze te onderbouwen. Niemand van de
betrokkenen kon daarmee wedijveren.
Hij diende ook Gedeputeerde Staten van
advies.
Naarmate de procedure vorderde en de
standpunten zich verhardden kon Dressel
huis zijn geveinsde neutrale opstelling niet
meer handhaven. Een herhaald advies aan
de plaatselijke schoolcommissie besloot hij
met de zin: De eigenwijze en stijfhoofdige
adressanten die zich boven de wet verheffen,
moeten leeren zich voor de wet te buigen.
Toen echter de mening van de minister van
Binnenlandse Zaken bekend werd, bleek
dat de initiatiefnemers voor de stichting
van een christelijke school aan de winnende
hand waren. Schoolopziener Dresselhuis
16