Een luidruchtige Oranjeklant W.P. den Toom Anthonij Endens uit Bergen op Zoom, 45 jaar oud, had de artikelen van de publica tie van 23 april 1795 van de provisionele Representanten van Zeeland aan zijn laars gelapt. Daarin stond dat het verboden was Oran- jeversierselen te dragen en Oranje boven te roepen. Maar Anthonij had op vrijdag 12 juni 1795, rond 8 uur 's avonds, op de Opril Grote Markt luidkeels Oranjeliedjes gezongen en speciaal geroepen: Tot spijt van Spanje, vivat Oranje, Oranje boven. Hij werd opgepakt en naar de klapper- wacht gebracht. De Heren hadden niet veel moeite om te constateren dat hij over de schreef was gegaan. De eis luidde acht jaar verbanning, geseling en het betalen van de kosten. De uitspraak was: een uur tentoon stelling aan de kaak tussen elf en twaalf uur, met een papier op de borst waarop stond: 'Rustverstoorder' en verbanning voor vijfjaar. Tannetje Jasper se In 1798 bleek tijdens het verhoor van Tannetje, die zeventien jaar oud was en woonde te Goes, dat deze gedurende een aantal jaren tijdens diverse dienstbetrek kingen veel diefstallen had gepleegd. Zij diende bij schipper Willem Kodde en jatte daar na een halfjaar dienst een stuk sits dat zij beleende voor een rijksdaalder of drie guldens. Een jaar later diende zij bij de bleker Josias Minzeer en gapte daar een vrouwenhemd en een bovenmuts, die ze vervolgens zelf droeg. Na weer een jaar diende zij bij de bleker Anthonij Lindeman en nam daar een vrouwenhemd van Johan nes Koert dat ze weggaf. Een netel doekse doek verdween ook spoorloos; die verkocht ze weer aan een bloe- menkoopvrouw voor een dertientje; hij behoorde oorspronkelijk aan Pieter Engelse. Twee beddenlakens, die ze eerst zou hebben verbrand, gingen naar Dina van der Maas en Dina van Dongen, die haar ook zou- Afb. 1. Grote Markt te Goes. (Collectie gemeentearchief Goes.) den hebben aangezet tot de diefstallen. Het was een vrijwillige bekentenis buiten pijn en banden. Hieruit bleek dat zij haar meesters niet trouw had gediend en in plaats van oprecht haar werk te doen aller lei diefstallen pleegde. De eiser vroeg twee jaar tuchthuis, gese ling en verbanning voor tien jaar. Zij werd veroordeeld tot tentoonstelling aan de kaak met roeden om de hals van elf tot twaalf uur en verbanning voor tien jaar. Bron: RAZE 1575, folio 181 v. Bron: Raze 1575, folio 194 v. 33

Tijdschriftenbank Zeeland

De Spuije | 2011 | | pagina 35