Afb. 2. Diverse vormen van rechtspraak.
Bovenaan: Christus oordeelt over paus en
keizer. Onderaan: lokale rechtspraak. (Uit:
de Wolfenbüttelse Sachsenspiegel, derde
kwart veertiende eeuw.)
kwamen de rechters, de gerechtsofficier, de
benadeelde, de beschuldigde, hun raadslie
den, hun families, de getuigen en belang
stellenden op de vastgestelde dag samen.
Daar lichtten de schepenen hun bevindin
gen toe, vond volgens vaste procesprocedu
res en -formuleringen het getuigengehoor
plaats, werden benadeelde en beschuldigde
bevraagd - kortom: daar gebeurde alles wat
licht kon werpen op het verloop van het
ruziedelict.
Uiteindelijk trokken de rechters zich
terug. Na hun beraadslagingen kwamen zij
opnieuw in de rechtszaal en deden een uit
spraak. Het vonnis 'Schuldig' werd onmid
dellijk gevolgd door het bekendmaken van
de strafmaat en het tijdstip van de straf
uitvoering. Dat kon een boete zijn, of in het
geval de veroordeelde dit niet kon betalen
of de rechters anders oordeelden, de hier
voor vastgestelde schandestraf. Zo kon
het gebeuren dat een scheldende Reimers-
waalse vrouw, wonende in de Bennestraat,
bij het Molenwater of aan de Waterpoort,
veroordeeld kon worden tot het dragen van
schandestenen.
De straf
Strafmaat en -toepassing
Steendragen als vervangingsstraf
Het dragen van schandestenen werd pas in
de late middeleeuwen een hoofdstraf. Wat
was hiervan de achtergrond?
De oudste vermelding van dit straftype in
de Nederlanden komt voor in charters en
keuren in het zuiden van Henegouwen in
de tweede helft van de twaalfde eeuw. Van
uit Henegouwen vond het strafsteendragen
als vervangende straf ingang in de overige
Nederlandse gewesten. De eerste medede
ling in Brabant (Incourt) dateert van 1222,
in Vlaanderen van 1263 (Brugge) en in de
noordelijke Nederlanden, in het Oversticht
van 1325 (Enschede). De oudste Zeeuwse
vermelding staat in de verordening van
Nieuw Dreischor van 1372.51 Zij is op dat
tijdstip reeds geëvolueerd tot hoofdstraf.
Zoals meestal bij middeleeuwse correc
tionele sancties was het gebruik in deze
gebieden al ingeburgerd vóór de oudste
optekening.6'
Oorsprong
Over de oorsprong van de straf lopen de
meningen uiteen. Mogelijk gaat zij terug op
een oud-Frankische straf, die er uit bestond
dat de dader voor de benadeelde een
bepaalde, niet-betaalde arbeidsprestatie
moest leveren. De arbeid voor de vrouwen
bestond waarschijnlijk uit graanmalen met
(handmolen)stenen. In de negende eeuw
had deze private straf zich ontwikkeld tot
een tocht te voet die de gestrafte in het
openbaar moest afleggen. De straf werd
opgelegd door de overheid aan een persoon
die de vrede en de gezamenlijke solidari
teit van een dorps- of stadsgemeenschap
had geschonden en die weigerde of niet in
staat was om een geldboete te betalen als
symbolische verzoening. Een latere toespe
ling op deze historische kern, een vonnis
uit Mechelen (1382), verwoordt het kort en
krachtig:
18
Hnmfitn
ttitf :t
lil.mhm
trnïmtë
mar ,19 ta fe- uctftr nuf uwlrtt
Attn ttftftPtwtttjjt feit babtfo<JE
ffinum Eafntc-ioM&t ^pg!taffil
"~~T]
-^"ftttrcufttdicneimttts tton
tait fïttrne 711 fut c tdgt humt té
t tifeu Uridtnt b d hc
'IdtttfCJUtbC
licfctCvi c.jtc ttui alitr au Snufj
.vuic unimrftrc vmtfatteadmu
_Wt «fa vtnfeturtjr toafttluftftt
;Vi ouittfttc öunft bae rtismtfrtf
.tïttjnrwettC'in ttuff uaJjtn ft vc
Jm trttjcu^m Srtftffhtïjds ts
'öttijsiövomt ifecis-I ';tpljicd|.
IttrtGVUff} lid (cfftlMpU