Reacties van lezers In Spuije 82, voorjaar 2011, stond een artikel van Hans van Dam over een neergestorte bommenwerper, op 20 maart 1945, bij Nieuwdorp. Van de heer R. de Jager uit Voorthuizen ontvingen we volgende reactie: 'Met interesse heb ik uw artikel over de crash van de Lancaster gelezen. Dat komt vooral omdat ik vrijwel zeker weet het brandende vliegtuig ook gezien te hebben. Ik was destijds zes jaar en woonde op het boerderijtje, Langeweg 14, Wilhelminadorp, naast de boerderij 'Hongersdijk' bij de Roode wijk in de Wilhelminapolder. Ik herinner me nog steeds levendig dat er een brandende bommenwerper (groot vliegtuig) brandend over kwam. Ik was buiten en zag met mijn moeder het vliegtuig komende vanuit de richting Katseveer en in westelijke of zuidwestelijke richting laag vliegend, boven voor mijn gevoel toen het Schenge en de Blauwe wijk. Maar het kan ook verder weg geweest zijn, meer boven de Goese Polder richting 's-Heer Arendskerke. Het komt grotendeels overeen met de getekende route en moet wel hetzelfde vliegtuig geweest zijn. De tijd klopt ook omdat ik nog niet naar school ging, want mijn eerste schooldag begon pas per 1 april 1945.' Aanvulling crash bij Nieuwdorp Hans van Dam In de week dat Spuije 82 verscheen gaf ik in het Bevrijdingsmuseum Zeeland een presentatie ter gelegenheid van de bekend making van twee straatnamen in Nieuw dorp. De Borselse wethouder Marga Vemuë onthulde dat er een Lancasterstraat en een Baconstraat in Nieuwdorp komen. Bij die presentatie corrigeerde Rinus Polderdijk mijn verhaal op enkele punten en vertelde dat de Britse militairen ten tijde van de crash al in het dorp aanwezig waren. Zij waren vlak bij de crashsite hun auto aan het wassen. Rinus gaf ook aan dat de route van het vliegtuig in zijn ogen anders was dan ik had aangegeven. Het vliegtuig kwam op hem afgevlogen in een rechte lijn vanaf de wijnmakerij van Boonman. Hij vertelde dat het vliegtuig niet heeft gepro beerd het dorp te ontwijken, maar dat de vleugel toen het toestel bijna recht boven hem vloog afbrak, waardoor het vliegtuig opzij werd geslingerd. Rinus zag vlak voor dat fatale moment twee bemanningsleden in het vliegtuig zitten, die als versteend voor zich uitkeken. Dit moeten Lindsay Bacon (piloot) en Harry McClemments (boordwerktuigkundige) zijn geweest. Hij zag Huttlestone springen en de parachute die niet open ging als een witte streep naar beneden storten. Het verhaal leverde, naast de opmerking van Rinus, nog enkele reacties op die een aantal aannames van mij bevestigden. De zoektocht naar familieleden van de bemanningsleden leverde dankzij de medewerking van buitenlandse kranten ook nog de nodige nieuwe feiten op. Zo zou dakschutter Cornwall bijna niet hebben meegevlogen. Zijn vader was op zeventien maart erg ziek geworden. Zijn toestand ging zodanig achteruit dat op de twintigste een telegram gestuurd werd om hem naar huis te laten komen. Omdat het telegram na de briefing arriveerde, werd het niet meer afgeleverd. (In verband met geheim houding mocht na de briefing niemand meer de basis verlaten). Ook bleek dat Cornwall ten tijde van de crash amper een halfjaar was getrouwd. Zijn vrouw emi greerde kort na de oorlog naar Zuid Afrika. 43

Tijdschriftenbank Zeeland

De Spuije | 2011 | | pagina 47