-'•O .v..:A .-v- U,4-^ic
«rmt
te'/uu-ytcj
JA'
•.t
év< vV
Afb. 4. Contract tussen
Everhardus Vermue en
Thomas Baas. Door de
spanning vergeet hij een
'a-tje' in zijn naam en
dan staat er Thomas Bas.
(Zeeuws Archief, inv.nr.
169.)
uit Goes, waarbij op 15 februari 1812 werd
overeengekomen dat wanneer denselven
wort opgeroepen voor activen dienst hij als
ramplasant voor den voornoemden persoon
in zijn plaats op te trekken en te dienen in
den miletairen dienst zooals een goet mile-
tair verpligt is om onzen keizer te dienen.
Bij zijn vertrek zou hij 25 ponden Vlaams
(150 Nederlandse guldens) ontvangen en
na drie jaar dienst de somma van 425 pon
den Vlaams. Van dit laatste bedrag kreeg
hij jaarlijks de rente van 4 uitbetaald.
Uiteindelijk zag het echte contract op 14
april 1812 er wat anders uit. Bij zijn ver
trek kreeg Jan Limburg een bedrag van
300,- en na twee jaar dienen een bedrag
van 2.000,-, verhoogd met 4% rente. Als
extra voorwaarde liet hij opnemen dat,
wanneer hij tijdens de dienst zou komen te
overlijden, het bedrag moest worden uitbe
taald aan zijn moeder en indien zij al was
overleden aan zijn broer Christiaan.24'
In veel contracten werd rekening gehouden
met het feit dat de remplacant tijdens zijn
dienstperiode om het leven zou kunnen
komen en zeker door de gehuwden werd
bedongen dat dan het resterende bedrag
werd uitgekeerd aan de weduwe of aan de
kinderen. Zo bepaalde mijnwerker Pierre
Normain uit Valenciennes dat Izaak Won-
dergem uit Colijnsplaat het overeenge
komen bedrag moest uitbetalen aan zijn
zoontje Jean Baptist en als die was overle
den aan de moeder van het kind, Josepha
Hernaud.25'
De hoogte van de bedragen was zeer ver
schillend, waarbij de marktwerking van
vraag en aanbod een grote rol speelde.
Zeker toen Napoleon na de grote verliezen
tijdens de Russische veldtocht in het na
jaar van 1812 met spoed een nieuw leger
uit de grond stampte. Daartoe werd een ex
tra lichting van 100.000 man opgeroepen,
bestaande uit jongens van de lichtingen
1809 en 1810, die bij de reguliere loting
van hun lichting aanvankelijk hadden vrij
geloot. Met als gevolg dat in het voorjaar
van 1813 de vraag naar vervangers sterk
toenam en de bedragen in de contracten tot
recordhoogte stegen. Het hoogste bedrag in
dit onderzoek werd door apothekersleerling
Jan Snoep uit Goes betaald aan schilder
Jan Poortvliet, geboren in Den Haag. In
dit contract werd onder meer bepaald dat
Poortvliet bij zijn vertrek een bedrag van
300,- contant kreeg en dat daarna weke
lijks aan zijn echtgenote K. de Jong in Mid
delburg 6,- moest worden uitgekeerd.26'
Hendrik Holland uit Kruiningen had in
zijn contract bedongen dat hij elk jaar een
bedrag van 50,- tegemoet kon zien van
zijn plaatsgenoot Aarnout Wisse en dat
tegelijkertijd zijn vrouw Jannetje Westveer
100,- zou krijgen, terwijl journalier Pieter
7
pour l'exócution entierc ct parfaite dc quelles conditions les compa-
rants déclarent d'engagerrespcctivement leur personne et bicns meubles
et immeubles présents et futurs ainsi que ceux de leur future veuve
et heritierset après avoir donné lecture aux comparant* du présent
acte ils ont signé avec nous cn présence des steun t*
1 '-W'
<,Yur
téraoins i ce tetjil». qui °m siEnS - fi.
Fait cn l'hötel de la Ptéfectute H MtddelbourJ
CT
„Ai - k