Afb. 6. B-24 Feathered Injun (recontructie M. van den Dries). vliegbasis Wendling, in het graafschap Norfolk. Deze basis werd gebruikt door de 392nd Bomb Group, ook wel de Crusaders genoemd. De Crusaders maakten onderdeel uit van de 8th Air Force, een Amerikaanse luchtmachteenheid die vanaf de Engelse vliegvelden de Duitse oorlogsindustrie pro beerde lam te leggen door middel van het overdag bombarderen door grote formaties bommenwerpers. De zwaarbewapende, maar logge B-24 Liberators en B-17 Flying Fortresses werden begeleid door snelle en wendbare jagers zoals de Mustang P-51. Jim en zijn team maakten deel uit van één van de vier squadrons binnen de Crusa dershet 578th Bombardment Squadron. Op de zeventiende, terwijl in Nederland Market Garden was begonnen, was de crew boven het Engelse landschap al aan het oefenen met het vliegen op boomtophoogte. De containers en bundels moesten op de gemarkeerde gebieden gedropt worden zon der beschadigd te raken, waardoor er niet al te hoog gevlogen kon worden. Rond een uur of één in de middag was de tienkoppige crew klaar voor vertrek en sloot men zich aan bij de formatie die in de lucht gevormd werd. Meteen al boven Goeree-Overflakkee werden ze onder vuur genomen en viel een van de vier motoren uit. Op drie motoren wist men de gemar keerde drópzone bij Groesbeek te bereiken. Alle betrokken bommenwerpers hadden die dag een extra man meegekregen, een zgn. dropmaster die speciaal getraind was in het beladen van een vliegtuig en het afwerpen van goederen op de juiste plek. Terwijl de mannen van Jim Gerow druk waren met het afwerpen van de containers en bundels, die in hun geval gevuld waren met munitie, werden ze van alle kanten onder vuur genomen. Voordat ze alles kon den afwerpen moest Jim maken dat hij weg kwam, het bommenruim was geraakt en hing vol kerosinegas en een tweede motor lekte brandstof en dreigde het te begeven. Door te stijgen probeerde de bommenwer per te ontkomen aan het felle luchtafweer geschut. Het lukte in formatie te blijven, maar toen de crew de Noordzee voor zich kreeg, besefte de piloot dat hij de oversteek niet zou halen zonder een landing in zee te riskeren. Zijn navigator berekende een route naar het bevrijde Brussel en de Feat hered Injun zette koers naar de Belgische hoofdstad. Boven Zuid-Beveland werden ze echter opnieuw onder vuur genomen vanaf twee E7a£-stellingen in de Ankervere Polder, even ten noorden van Heinkensand. Het bommenruim vloog in brand en Jim drukte op de alarmbel, waarmee hij de mannen opdracht gaf om het toestel te ver laten. Er ontstond een dramatische situatie aan boord: even daarvoor was de twintig jarige boordwerktuigkundige Gene Kieras naar de achterkant van het toestel gegaan om daar de roerkabels te repareren. Tus sen hem en zijn parachute die voorin lag, bevond zich het bommenruim, waar een felle brand woedde. De mannen droegen borstparachutes. Dus als Gene zich op de rug van zijn collega flankschutter Ben Brink zou vastklampen, had hij een kans om de sprong te overleven. Samen spron gen ze, maar toen het valscherm open klapte kon Gene niet vasthouden en viel hij zijn dood tegemoet. Hij kwam terecht op het erf van de Molenhof aan de Stations straat, de boerderij van boer Lokerse. De dropmaster die als tiende man was toege voegd aan de crew, was de negentienjarige Ed Yensho. Dit was zijn allereerste missie en het is maar de vraag of enige parachute ervaring had. Hij blokkeerde volledig toen 16

Tijdschriftenbank Zeeland

De Spuije | 2012 | | pagina 18