^rv -
Afb. 6. Ontstaan polders, 1658. (Uit: De
Bruin en Wilderom, Noord-Beveland, figuur
64.)
want de griffier van de Nassause
Domeinraad raad notuleerde: De
rentmeester Nebbens heeft niet kunnen
begreypen wat connexie deezen Toorn of
derzelver plaatsing heeft kunnen hebben op
de voorsz: differenten, dewijl deezen Toorn
nog geen 6 jaeren geleeden afgebrooken
zijnde, derzelve precise legging nog in
langen tijd niet duyster of tweyfelagtig kan
worden gemaakt.
De finale schikking
In de vergadering van de NDR op 3
december 1771 werd besloten om Jacob
Nebbens te autoriseren om met de
ambachtsheren van Wissenkerke in
conferentie te treden over het geschil
wegens de limietscheiding van het schor
en tot een finale schikking te komen.
Ook de heren van Wissenkerke gaven
in hun vergadering aan door middel
van een vrindelijke conferentie tot een
onderlinge schikking en bepaling van
de limietscheiding te willen komen.
Beide partijen beseften dat het geschil
veroorzaakt door de 'onnaspeurbaarheid'
van het Faal op een andere manier
opgelost moest worden.
De finale schikking kwam op 22 mei 1772
in Wissenkerke. Namens het ambacht
van Wissenkerke enz. waren aanwezig de
heren J.P. van de Brande, Danker Amijs en
Corn, de Jonge. Namens het ambacht van
Orisant de heren Jacob Nebbens en J.W.
Parker.
De belangrijkste punten uit de
overeenkomst zijn:
1) Bij de verdeling van de binnengedijkte
schorren zal eerst het toekomende deel
van het ambacht Weele en Vliet worden
afgemeten volgens de wel bekende
limietscheidingen in de Thoornpolder,
maar dan verder doorgetrokken. De
overblijvende gemeten worden ieder voor
de helft verdeeld onder de ambachtsheren
van Geersdijk en Wissenkerke enerzijds en
de ambachtsheren van Orisant anderzijds.
2In de nieuwe polder komt een scheidweg
in noord-zuid richting, die de polder
zodanig verdeeld, dat ieders afgemeten
gemetgetallen aan weerszijden van die weg
komen te liggen.
Het aandeel van Wissenkerke aan de
westzijde en het aandeel van Orisant aan
de oostzijde.
3) Dat de dijken, schorren en accressen nu
zijnde (ten noorden van de Sophiapolder),
of in het vervolg komende, door de
respectieve ambachten zullen worden
genoten ieder op zijn aangewezen deel van
de limietscheiding, op het midden van de
scheidweg en in een rechte lijn te raaien,
ten diepe toe.
In haar vergadering van 8 juli ging
de NDR akkoord met bovengenoemd
conceptcontract. Toch waren ze een paar
dagen later weer gaan twijfelen aan de
goede bedoelingen van de heren van
Wissenkerke. Zij stelden per 13 juli een
nieuwe resolutie op voor het geval de
andere partij zich bedacht zou hebben en
toch meer dan de helft van de polder wilde
hebben, of minder dan de helft van de
kosten zouden willen betalen. Dit laatste
is een veronderstelling, gereconstrueerd
uit de reactie van Jacob Nebbens, want
het stuk ontbreekt in de archieven. Deze
resolutie is pas op 30 juli, dus na de
vergadering, bij Nebbens bezorgd. De heer
Parker had echter wel een kopie van deze
resolutie vóór de vergadering in zijn bezit.
Maar de heren van Wissenkerke bleken
1658
ouwe,
lack
oud
>ak
1657
wissen kark<
polder
1652
Fig. 64
7