punt maar een rollend deel met contrage wicht. Er kwamen geen remmingswerken of aanlegsteiger. Scheepvaart had voor rang, dus bij het aankomen van een schip moest de brug op tijd open zijn. De brug werd aangedreven door twee elek tromotoren maar het moest ook met één motor kunnen. Met twee motoren moest de brug in 1,5 minuten open zijn, met één motor in 8 minuten. In geval van storing moest hij ook met handkracht open kun nen, in 12 minuten afhankelijk van de winddruk. De slagbomen zouden worden voorzien van een hekwerk om vee tegen te houden. Het veerrecht Kortgene-Wolphaartsdijk was nog in bezit van het Ambacht Kort- gene en moest nog worden afgekocht. Dit gebeurde per 1 januari 1940 voor 15.000,-. Het veerrecht Wolphaartsdijk- Kortgene was al eerder afgekocht door de provincie. Eindelijk kwam het moment in zicht dat de bouw een aanvang kon nemen. In de 'Mid- delburgsche Courant' van 26 april 1940 werd de aanbesteding aangekondigd van de onderbouw voor de brug voor gewoon verkeer over de Zandkreek met bijkomende werken. Tevens voor het leveren en plaat sen van vijf stalen vakwerkbruggen voor gewoon verkeer met bijkomende werken. De aanbesteding vond plaats op 8 mei, om 11 uur in de Abdij te Middelburg. De inschrijvingen vielen zwaar tegen. De laag ste inschrijver voor de onderbouw was de Amsterdamse Ballast-Mij. met 982.000,-, en die voor de bruggen de Fa. Penn Bouduin met 386.380,- en dan moest het beweegbare deel nog worden aanbe steed. De raming voor het hele werk was 1.300.000,-. Er kon dus nog niets gezegd worden over het doorgaan van de plan nen.20' De tijden werden steeds meer onzeker. Op 10 mei, twee dagen na de aanbesteding viel Duitsland ons land binnen. Op 19 juli viel de hakbijl over het project met een brief van het departement van Sociale Zaken aan GS. Vanwege gewijzigde omstandighe den achtte men het niet verantwoord het onderhavige project te laten doorgaan. Ook al vanwege de schaarste aan benodigde materialen. Op grond van bovenstaande werd het eerder toegekende krediet ad. 1.060.000,- weer teruggenomen. Dit was het absolute einde van de onder neming. Het brugcomité zou nog blijven bestaan, tot in 1960, in het kader van het inmiddels aangenomen Deltaplan, de Zandkreekdam werd geopend. Zij bleef tot het eind toe streven naar een beter veer of een vaste verbinding.21' De vraag komt op hoe de geschiedenis zou zijn verlopen als de hele onderneming eerder en vlotter zou zijn opgezet, of als de oorlog later zou zijn uitgebroken. Zou dan de bouw zijn doorgezet? Zouden bij het eind van de oorlog, de Duitsers de brug hebben laten springen? Hoe zou de afdamming van de Zandkreek bij het Deltaplan zijn ingepast? Zouden er dan drie verbindingen zijn gekomen, of zou men de brug hebben afgebroken? Het is ook merkwaardig dat de toevoerweg door Kortgene moest lopen en men er de school en huizen voor af moest breken, terwijl de brug recht voor de Torendijk uitkwam, die rechtstreeks naar de pro vinciale weg voerde. Ook de behoefte aan een viaduct voor de tramweg Goes- Wolphaartsdijk is vreemd. Dat zou komen aan het eindpunt van de lijn, die honderd meter verder zijn eindbestemming had. De passagiers hadden net zo goed aan de andere kant van de weg kunnen uitstap pen. De lijn zou trouwens in 1942 worden vervangen door een buslijn, dus bij het doorgaan van de brugbouw zou er waar schijnlijk nooit een tram onderdoor zijn gegaan. Rest de vraag: moeten de Noord-Bevelan ders het jammer vinden dat de brugbouw niet door is gegaan, of niet? 22 Noten: 1. Middelburgsche Courant, 20-07-1933. 2. Middelburgsche Courant, 01-09-1933. 3. Middelburgsche Courant, 27-09-1933. 4. Middelburgsche Courant, 27-09-1933. 5. Middelburgsche Courant, 03-10-1933. 6. Middelburgsche Courant, 02-10-1933. 7. Middelburgsche Courant, 14-11-1933.

Tijdschriftenbank Zeeland

De Spuije | 2013 | | pagina 24