Ti
K.
WF jfc
during, voorloopig toegelaten het begraven
op opene kerkhoven, in de bebouwde kom
der gemeente gelegen, behoudens het nemen
van zoodanige voorzorgen bij het begraven
der lijken, als welke in eenige dier gemeen
ten geene begraafplaatsen buiten de kerken
aanwezig mogten zijn, er alsdan zoodanige
zullen moeten worden aangelegd, welke
ingerigt dienen te worden overeenkomstig
de voorschriften, voor de meer bevolkte
gemeenten gemaakt.7)
Een nieuwe begraafplaats
In de Goese Polder, net buiten de 's Heer
Hendrikskinderenpoort - ook wel Westpoort
genoemd - welke pas in 1845 werd gesloopt,
werd een terrein ingericht als begraaf
plaats.8' Deze is nog steeds op dezelfde
plaats gesitueerd. Kerken raakten hierdoor
een belangrijke bron van inkomsten kwijt.
Ook werd er voor gevreesd dat de tarie
ven zouden gaan stijgen. Reden voor het
gemeentebestuur om aan het bestuur van
de provincie Zeeland te laten weten dat de
tarieven gelijk zouden blijven. Op 8 januari
1829 schreef de provincie hierover aan het
gemeentebestuur: De plaatselijke besturen
in de Provincie Zeeland, in welke de nieuwe
begraafplaatsen reeds zijn opgezet en wor
den aangelegd worden gemagtigd, om de
regten en retributien voor en bij het begraven
op den zelfden voet te doen heffen als dezelve
tot nog toe volgende bij de Gemeente- of
Kerk-besturen bestaande Tarieven. 9)
Ommuring
Een ander punt van zorg was de 'ommu
ring' van de nieuwe begraafplaats. Deze
moest voorzien zijn van een stevig gemet
selde muur. Dat was een belangrijke kos
tenpost. Reden voor het stadsbestuur om
op 4 augustus 1829 een brief naar het pro
vinciebestuur te sturen, met het verzoek
hiervoor in de plaats een doornenheg en
Chanted ran wn Av.qtatrit yt&ctla
t V',.V
m
h
"t-r'7 I IJ-li iUi
£-zx."j?ë* tafet Kj t r*'.
Afb. 1. Tekening van de uitbreiding van de begraafplaats in 1896 en 1905, door D.J. van
Anslaer en F.G.C. Rothuizen. (Collectie gemeentearchief Goes.)
31
- j- gf4 "A
.--t"
t
S',
r* 4 i t
7:7.
77. "7nj».v.v.i.,.w:1
-i -
r\ j
J m!
t n