Op 8 september 1821 werden door de Raad der Stad Goes nieuwe reglementen vastgesteld. Er kwam een reglement voor lijkdienaars, waarin de vergoedingen die zij mochten ontvangen was vastgelegd. In artikel vier stond: De lijkdienaars zullen behalven de rouw voor hunnen dienst, per dag, en dus voor iedere dag dat hun dienst gevraagd wordt, niet meer mogen vorderen dan het volgende: Wanneer één Lijkdienaar wordt gebruikt fl,00 Twee Lijkdienaars ieder f 1,50 Drie Lijkdienaars ieder f2,0022) Verder werd bepaald dat de rouwman tels opgehaald en terugbezorgd moesten worden bij het weeshuis. De lijkdienaars waren zelf verantwoordelijk voor het reini gen van deze mantels. Gelijktijdig werd er ook een Reglement op de bediening der Lijkdienaars te Goes vastgesteld. Hierin werd bepaald dat de burgemeesters (destijds waren er meerdere burgemeesters) drie lijkdienaars en een assistent lijkdienaar moesten aanstellen. Bij het ontstaan van een vacature van lijk dienaar kwam automatisch de assistent in aanmerking voor benoeming. Allen moes ten de volgende eed afleggen: Ik belove en zwere, mijn bediening als Lijk dienaar (assistent) der Stad Goes, getrou welijk te zullen waarnemen, mij naar de bevelen der Stedelijke Regering te zullen Afb. 4. De beheerderswoning aan de Corne- lisweg in 1920. (Collectie gemeentearchief Goes.) gedragen, en Stiptelijk te zullen naarkomen en in acht nemen, al hetgeen bij het Regle ment op deze bediening of verdere Instruc- tien is of zal worden voorgeschreven. "Zoo waarlijk enz. 'm' Op 26 december 1835 werd er een nieuwe verordening op het begraven van lijken vastgesteld. Een verkorte versie hiervan werd in druk uitgegeven.24' De provincie Zeeland vaardigde op 7 sep tember 1835 een reglement uit dat voor de begraafplaatsen in de gehele provincie moest gelden. Hierin werden drie soorten begraafplaatsen genoemd: Algemene Begraafplaatsen; Bijzondere Kerkelijke Begraafplaatsen; Bijzondere Grafsteden; door Particulieren op eigen grond, alleen voor zich en hunne Familie aangelegd. In plaatsen met minder dan 1.000 inwo ners mochten alleen personen begraven worden die in deze plaats waren overle den, personen die tot de bevolking van deze plaats werden gerekend, maar elders waren overleden en personen die niet tot de bewoners behoorden, maar een eigen graf bezaten.25' Koopgraven In het gemeentearchief van Goes vinden we akten van inwoners van de stad Goes die een graf gekocht hebben. Voor welke periode dit recht bestond wordt hierin niet vermeld. Meestal werd een bedrag van 25,00 betaald, maar een enkele keer ook 40,00. In de akten staat als vaste omschrijving: met regt om daarin na zijn dood begraven te worden, en daarin gedurende zijn leven te laten begraven de lijken zijner Bloed- en Aanverwanten in de regte opgaande en neergaande lijn.26) Duidelijk is dus dat gedurende het leven van de ondertekenaar ook zijn naaste fami lieleden, zoals kinderen, kleinkinderen en ouders in dit graf begraven konden worden. Achterin de akten werden de namen en overlijdensdata van de familieleden geno teerd die in dit familiegraf werden begra ven. In totaal zijn twintig akten bewaard gebleven. We vinden hierbij namen van enkele bekende inwoners van Goes, zoals: 34

Tijdschriftenbank Zeeland

De Spuije | 2013 | | pagina 36