Woordenlijst Bleijcker: blaker, lage kandelaar met brede, platte voet, voorzien van een handvat. Caerssnuijterwerktuig om de verbrande pit van kaarsen af te knijpen. Consenterentoestemmen, vergunnen. Croonras: 'ras' is de benaming van een ze kere gekeperde wollen stof (oorspronkelijk een zijden stof). Het voorvoegsel 'croon' is een kwaliteitsaanduiding. DortDordrecht. Hoet (hoed): inhoudsmaat voor kalk (Dordt- se maat, bestaande uit 12 zakken of 8 ton nen). Induceren: overreden. Kille: de Dordtse Kil, die als houtopslag plaats dienst deed. Lb: libra, pond. Monteren: opmaken, in orde brengen. Octroijeren: octrooi verlenen. Ondersteen baksteen die onder in de oven gelegen heeft en daardoor minder hard is dan de rest van de oveninhoud. Ondersteen is niet geschikt om als gevelsteen gebruikt te worden. Plancierlijst: houten kroonlijst aan de bovenzijde van de gevel, plank waarop de neuslijst is geplaatst. Rendant: verantwoordelijk beheerder van gelden, rentmeester. Roon: roeden. Schailles: schaliën, dakleien. Schenkel: gebogen houten element om als spant te dienen. Schoukleet: schoorsteenkleed. Schoumantel: schoorsteenmantel. Tuijn: hekwerk. Verloon: het lood in glas-in-loodramen ver nieuwen. Visiteren: inspecteren. Wagenschot: beste kwaliteit eikenhout. Het is gezaagd uit die stukken van een in vier delen, loodrecht op het midden, verdeelde boomstam, die het dichtst bij het deelvlak liggen en waarvan de jaarringen derhalve praktisch loodrecht op het oppervlak staan. Met dank voor de verstrekte informatie aan de heren F.H. de Klerk van het ge meentearchief Kapelle, ir. F.G.C. Rothuizen te Baarland en A.R Schulte te Wemeldinge. 10 Noten: 1. GA Kapelle, archief N.H. kerk Wemeldinge, inv. Mulder nr. 5, fol. 23r. 2. GA Kapelle, archief gemeente Wemeldinge, RAZE 3597, fol.l44r. Schout van Wemeldinge was Marinus Pieterse Verburgh (ca. 1595-1673). Dignus Mejonck was rendant zowel van de parochie als van de kerk en waarschijnlijk ook van het armbestuur. Als zoda nig vervulde hij in het dorp een sleutelrol. In 1649 was hij zijn toen overleden vader Steven Mejonck opgevolgd. 3. Als noot 1, fol. 43r.-45v. 4. De rekening van de Grote Armen is niet bewaard gebleven zodat we niet kunnen nagaan of daarin een vergelijkbare post is opgenomen. A. Mulder vermeld de in bijlage II bij zijn in 1929 opgestelde inventaris van het archief van de kerkvoogdij, onder het hoofd Parochie-rechtkamer dat in twee opeenvolgende ker- kenrekeningen een bedrag van 101.11.8 als lening aan de parochie is geboekt. Dit berust op een misver stand. (GA Kapelle, archief N.H. kerk Wemeldinge, inv. Mulder nr. 182.) 5. Leenken Pieters was een dochter van Pieter van Or- liens, op zijn beurt een zoon van dominee Pieter van Orliens, predikant in Wemeldinge van 1580 tot zijn overlijden in 1605. (GA Kapelle, archief gemeente Wemeldinge, RAZE 3595, 6 januari 1648; C.Dekker, Een Zeeuws dorp in de Middeleeuwen, Wemeldinge voor het jaar 1600. Goes, 2007, pag. 216.) 6. Jacob Jansen Hogentoorn was in Goes in 1661 deken en boekhouder van het timmerliedengilde, waartoe de schaliedekkers behoorden. (GA Goes, gilde-archie ven nr. 114.) 7. Blaes Fonteijne had omstreeks 1656 voor een totaal bedrag van 125.2.8 in de kerk van Wemeldinge de preekstoek met klankbord, de dooptuin en enkele herenbanken vervaardigd. Deze werkstukken zijn nog altijd in de kerk aanwezig. (G.J. Lepoeter, Kerk in Perspectief, verleden en heden van de Sint Maar tenskerk te Wemeldinge, Kapelle/Wemeldinge, 1989, pag. 57-59.) 8. In het archief van de gemeente Wemeldinge (cor respondentie 1856) bevindt zich een opvallend do cument. Het is een gedrukt stuk in de vorm van een affiche, met als kop: Verklaring van het SCHOOR STEENSTUK in de REGTKAMER te WEMEL DINGE. Het document geeft een gedetailleerde beschrijving van de verbeelding van Vrouwe Justitia, omringd door een groot aantal dieren en voorwerpen. De laatste zin van de tekst luidt als volgt: Dit Zin nebeeld is geschilderd en opgemaakt door Lodewijk Roozendaal, Mr. Schilder te Kruiningen, den 23 Augustus 1856. 9. In het archief van de gemeente - notulen, jaarreke ningen, correspondentie - wordt op geen enkele wijze melding gemaakt van het schoorsteenstuk. Mogelijk is het voor rekening van derden geschilderd en als geschenk in de rechtkamer geplaatst. 10. Het lijkt aannemelijk dat dit schilderij in 1856 in de plaats is gekomen van een ouder, versleten of beschadigd stuk, mogelijk uit de zeventiende eeuw. In het overzicht van de kosten van inrichting (bijlage 2) wordt er niets over vermeld. (GA Kapelle, archief gemeente Wemeldinge, inv. nr. 126.) 11. Nederlandsche Jaerboeken, jaargang 1758, pag. 597-600.

Tijdschriftenbank Zeeland

De Spuije | 2013 | | pagina 14