Afb. 3. Mondragon's leger steekt de slikken in 1572 over om Goes te ontzetten van de Geuzen.
Let eens op de dijkrestanten die op de afbeelding zijn aangegeven. (Deel van de tekening van
P. Lepoivre, Kon. bibliotheek Brussel.)
Dirk Dronkers
Na de Franse Tijd was Zeeland in een die
pe recessie terecht gekomen met een hoge
werkloosheid als gevolg. Zeeland verkeerde
in een isolement, waarbij grote infrastruc
turele werken ontbraken, zoals die elders
in het land wel werden uitgevoerd.
Het was aannemer Dirk Dronkers (1801-
1881) uit Middelburg, die in 1839 een
verzoek aan koning Willem I richtte om
een spoorweg aan te mogen leggen van
Middelburg naar Venlo, met aansluiting
op Pruisen. In deze plannen was een dam
opgenomen door het Sloe, een nieuw ha
venkanaal voor Middelburg en een dam
door het Verdronken Land van Zuid-
Beveland. Hierin was een brug voorzien
over de vaargeul tussen de Westerschelde
en de Oosterschelde. Deze moest behouden
worden omdat dit de enige verbinding was
tussen Antwerpen en de Rijn. Dit was in
het Scheidingstractaat tussen België en
Nederland in 1839 overeengekomen. België
betaalde jaarlijks 400.000,- voor het on
derhoud aan de vaarwegen in Nederland.
Op 11 maart 1846 werd voor de aanleg
van de spoorweg een concessie afgegeven,
waardoor Dronkers de gelegenheid kreeg
plannen uit te werken en middelen bijeen
te brengen om deze werken te kunnen
financieren. Om uit de kosten te komen
kreeg Dronkers een erfpacht van 99 jaar op
de schorren en slikken bij de dammen door
het Sloe en de Oosterschelde. Hiermee zou
den deze kunnen worden ingepolderd.
De polders
Bij grote infrastructurele werken zouden
veel arbeiders werk kunnen vinden en de
spoorweg zou Zeeland uit zijn isolement
kunnen halen. De aan aannemer Dronkers
verleende concessie bleek niet uitvoerbaar,
zodat de Staat deze introk. De Middelburg
se aannemer verkreeg een nieuwe conces
sie in 1849. Daarin was opgenomen, dat hij
eerst een kanaal door Zuid-Beveland moest
graven om de scheepvaart van en naar
Antwerpen te waarborgen. Daarna mocht
18