kachels, die werden in de koude periode
's morgens aangestoken en de onderwijzer
zorgde dat ze overdag bleven branden. Ie
mand die wat lawaai maakte met een zak
snoepjes zag die in de kachel verdwijnen.
Meester Schuerman was streng. Hij had
de wind er goed onder. Altijd stond er wel
iemand voor straf voor de klas met z'n ge
zicht naar de muur. Hij strafte wel eens
door de jongens die voor de klas stonden bij
de oren te pakken en dan de koppen tegen
elkaar te slaan. Je had geluk als je als
eerste straf kreeg, want dan kon je in de
hoek van het klaslokaal staan. Je werd dan
maar aan één oor vastgegrepen.
Een geliefde bezigheid was een knikker in
de klas te laten rollen. Je kon er 'heerlijk'
over uitglijden. Kikkers en meikevers wer
den ook nogal eens losgelaten.
Meester Theo de Boo, hoofd der school,
stond voor de vijfde, zesde, zevende en
achtste klas. Meester De Boo was lang
onderwijzer in Kwadendamme. Mijn vader
had er nog onderwijs bij genoten. In de tijd
dat ik in de vijfde en zesde klas zat was hij
vaak ziek. Hij werd dan vervangen door
meester Schuerman. Men zei van De Boo
dat hij malende was. Hij zou een omweg
naar school maken om niet onder de kerk
toren te hoeven lopen. Sommige jongens
van de zevende en achtste klas behandelde
hij niet erg zachtzinnig. Een deel van de
jongens uit deze klassen zaten hun tijd ge
woon uit en hadden geen enkele interesse
in de lessen. Ik zag hem eens een jongen
van 'Balletje' (die woonde in de Dorpsstraat
naast schilder C. Geus), die op zijn knieën
voor de klas zat, hard schoppen.
In die tijd kwam de schoolinspecteur de
school bezoeken. Hij at zijn middagboter
ham in café 'De Baar', aan de Kerkdreef.
Een paar zeven en achtste klassers maak
ten hem belachelijk, 's Middags kwam hij
op school en hij herkende de belhamels. Na
Afb. 2. Familie De Punder, met oma van vaders kant en haar broer Frans (zittend, rechts) die
naast ons woonde en een groentekwekerij en boomgaard had.
5