moest overnemen. De derdewaak was nog niet ervaren genoeg om de taak van op perstuurman op zich te nemen. De Ouwer- kerk maakte deze reis vanuit Texel voor de kamer Amsterdam. Zij was gebouwd voor de Kamer Zeeland. Het schip verbleef aan de kaap van 26 oktober 1746 tot 21 november 1746, evenals de Westkapelle. Hij keerde terug op de Voorzichtigheid, op het eind van 1747.141 Pieter trouwde op 6 december 1748 met Pe- tronella Robberdina de Waeijer, zijn volle nicht, in Kapelle voor de Nederduits Gere formeerde Kerk, de toenmalig door de staat bevoorrechte Kerk.15' Zij was een dochter van Hermes de Waeijer, notaris te Mid delburg en Johanna Elysabeth van Schil- peroort, afkomstig uit Bergen op Zoom. Pieters moeder was een zus van Hermes. De vader en oom van Johanna Elysabeth, respectievelijk Tobias en Robbert van Schilperoort waren burgemeester van Ber gen op Zoom geweest.16' Dochter Petronella Robberdina was waarschijnlijk vernoemd naar die Robbert en naar de moeder van haar vader, Pieternella Schippers. Na zijn trouwen ging Pieter in 1749 naar Batavia als schipper op de Woitkensdorp. Daardoor kon hij niet aanwezig zijn bij de geboorte van zijn dochter in Kapelle op 15 december 1749 en haar doop daarna op 21 december. Dit blijkt ook uit de doopin- schrijving waarin staat dat zij werd aange geven door Adriaan van Druinen, de twee de man van Petronella's moeder.15' Haar vader Hermes was toen ook al overleden. Pieters dochter, Johanna Pieternella, was waarschijnlijk vernoemd naar haar moeder en naar haar grootmoeder van moeders zijde. Pieter keerde terug naar patria in 1752 op de Pasgeld, wederom als schipper. In de Opregte Groninger Courant wordt de aan komst van de Pasgeld vermeld te Milford Afb. 3. De kerk te Kapelle, W.A. Bachiene, Vad. Geogr. 2, 1791. (Collectie gemeentearchief Goes.) 35

Tijdschriftenbank Zeeland

De Spuije | 2014 | | pagina 37