Haven aan de zuidkant van Wales.17' Dat
betekent dat de Pasgeld via de noordelijke
route langs Schotland terugkeerde naar
patria, wat vaak voorkwam.
Bij de uitreis op de Woitkensdorp maakte
Pieter een afspraak dat zijn vrouw begun
stigde werd van een maandbrief en een
schuldbrief, zodat zij daar aanspraak op
kon maken.18'
De benoeming van Pieter als schipper op
de Woitskensdorp staat in de lijsle van aan-
stellinge van de bewindhebbers; hij werd
voorgedragen door bewindhebber Van Cit-
ters.14' Zijn benoeming is in zoverre opval
lend omdat hij voor een schipper nogal jong
was; de meesten werden pas schipper rond
hun veertigste.19'Dit zou er inderdaad op
kunnen wijzen dat zijn benoemingen ook
plaats vonden met enige voorspraak van
zijn familie.
De aanmonstering voor de Woitkensdorp
vond plaats op 25 juni 1749; de officieren
waren toen al benoemd. Er waren 180 kop
pen aan boord, waarvan 120 zeevarenden
en 60 militairen. In de aanneemrollen van
de officieren en matrozen staat dat het
schip officieel geëquipeerd was door de
Burgemeester van Middelburg Johan Hië-
ronymus Huijssen.12,14'
De belading van een schip ging als volgt. In
de haven van Middelburg werd het schip
gedeeltelijk beladen waarna het getrok
ken werd door paarden en sloepen door het
Havenkanaal, dat speciaal daarvoor ge
graven was en vervolgens door het kanaal
van Welsinge naar de Westerschelde. Op
het eind daarvan bij de rede van het fort
Rammekens werd de belading voltooid, en
de bemanning aan boord gebracht. Er was
daar dus geen haven zoals in Middelburg.
Na de belading moest men soms lang
wachten op een gunstige oostenwind. In de
equipagebrief voor de Woitkensdorp werd
Afb. 4. Het Huis te Werf of Sr. Heer Hendriksburg, 1743. (Collectie gemeentearchief Goes.)
36