Afb. 2. De kroon der
jeugd.
Nu zullen we eens lekkertjes dansen gaan
Want moeder is naar bed gegaan
En nog 's avonds om half tien
Was Cathoke op straat te zien.
En ge komt er enz.
Zoo hebben de jongens altoos pret
Cathoke was gevangen in het net
En kan alsnu niet meer uitgaan
Want de wieg moet bij haar staan
Nu kan zij vanzeive de deur niet meer uit drie keer
Want het spelletje is verbruid drie keer
't Was een korten tijd daarna
Dat haar moeder het werd gewaar
Men bracht nu de wieg en vuurmand
Cathoke kreeg haar verstand
Nu gaat ze vanzelf de deur niet meer uit drie keer
Want haar spel is gansch verbruid drie keer
Jonge dochters het is u een leer
Dansen is goed voor een enkele keer
Maar niet zooals Cathoke heeft gedaan
Om eiken avond uit dansen te gaan
En ze kan nu niet meer uit dansen gaan drie keer
Want de wieg moet blijven staan drie keer
En nu kan ze maar zingen droef gezind
Zuja-zuja mijn kind!
33
C
