gram. Sedert drie jaren bestaat hier eene
meestoof voor de bewerking van racijn.
Jaar 1874
Gedolven tweejarige meekrap 10 hectare,
geraamde gemiddelde opbrengst 2.200 kg
per hectare, is totaal 22.000 kg.
Eén- en tweejarige te velde staande na het
delven 6 hectare.
De meekrap is dit jaar begunstigd door
schoon wederzij groeide dan ook zeer voor
spoedig en daar het uitdelven en het vervoer
met schoon weder gepaard ging kan men
de opbrengst zeer voordeelig noemen. De
prijs was echter laag en beliep f 13,- voor
de racine en 16,50 voor de onberoofde per
50 kilogram.
Jaar 1875
Gedolven driejarige meekrap 4 hectare,
geraamde gemiddelde opbrengst 2.400 kg
per hectare, is totaal 9.600 kg.
Eén- en tweejarige te velde staande na het
delven 1 hectare.
Dit gewas groeide goed op en het bewerken
ging zeer voorspoedig. De prijzen blijven
echter steeds dalende, zoodat men dit
gewas bezwaarlijk met voordeel kan teelen,
hetgeen voor de arbeidende klasse een groot
nadeel is daar voor de bewerking steeds
hooge dagloonen werden uitbetaald. Ter be
werking der racine bestaat in deze gemeente
eene meestoof genaamd de Nijverheid.
Jaar 1876
Gedolven tweejarige meekrap 1 hectare,
geraamde totale opbrengst 2.400 kg.
Eén- en tweejarige te velde staande na het
delven - hectare.
Meekrap wordt alhier bijna niet meer
verbouwd, doordien de prijzen zoo laag zijn
dat dit product geen voordeel meer afwerpt.
De racine was 9,50 per 50 kilogram.
Bijlage 2
Namen op de gedenksteen in de voor
gevel
Oprichters:
A. Nijssen Az.
M. de Jager
De eerste stenen gelegd door
J.L. de Jager
D.J. Nijssen
Jan de Jager
Oprichter A. Nijssen Az
Adriaan Nijssen werd te Kapelle geboren
op 16 juni 1837 als zoon van Arij Nijssen,
landbouwer (afkomstig van Kloetinge) en
Dina de Groene. Hij trouwde te Borssele
op 3 september 1863 met Huigje Wisse,
geboren te Borssele op 3 mei 1840, dochter
van Hugo Adriaan Wisse, smid, en Anna op
't Hof.
Adriaan Nijssen was landbouwer en
woonde op de hofstede aan het begin van
de Maalstede (nu Maalstede 1). Behalve als
landbouwer was hij actief in het maat
schappelijk leven. Hij was gezworene van
het waterschap de Brede Watering Bewes
ten Yerseke en vanaf 1875 wethouder van
de gemeente Kapelle. In de Nederlandse
Hervormde Kerk in het dorp speelde hij
vele jaren een belangrijke rol. Vanaf 1872
was hij voorzitter van het college van nota
belen en vanaf 1892 president-kerkvoogd.
Na het overlijden van burgemeester Jan
van Duine in 1872 deed hij een vergeefse
poging om tot burgemeester van Kapelle
benoemd te worden.
Afb. 9. De gedenksteen in de voorgevel van
de meestoof. (Foto collectie mevr. S. Nijs
sen.)
I MEEST OOF GENAAMD
IL Dfc NYVERHEHD I
f,' OPpEmCHTlK JAKE 187; j
f DOOR
M.Ö£ JAGER
DE EER STE TC£^C£LÊ£0
uvgr
f O* K R
nm.. J
-lAN
26
E N