Afb 4 De vier oprichters der Nieuwe Zeeuwsche Courantvan links naar rechts: manufactu
rer Josephus Johannes Witkam, bankier Adriaan Rijk, boekhandelaar Willem RemiJohan
Ceulen, en pastoor Joannes Josephus Maria Teule. (Collecties: Jan Just Witkam, Leiden,
gemeentearchief, Goes, Annelies Werkman, Almelo, en bisschoppelijk archief, Haarlem.)
ger (Goes 1836 - Breda 1919), gehuwd met
Margaretha Wilhelmina Verhallen (Schip
luiden 1839 - Goes 1911) was een geboren
en getogen Goesenaar, en volgde aldaar
zijn vader op als manufacturier. Als zoda
nig was hij behoorlijk vast aan Goes gebon
den, en heeft hij geen carrière gemaakt in
de Randstad. Wel stelde hij zich in 1891
kandidaat voor de gemeenteraad, maar hij
werd daarin niet gekozen. Desondanks was
M.A. Stieger een echte voorman van de
Goese katholieke zuil, waarover later meer.
Ondanks alle politieke zwaargewichten
duurde het nog een hele tijd eer er te Goes
werkelijk een katholieke school werd ge
sticht. Toen er in 1878 weer een nieuwe
onderwijswet kwam - die in eerste instan
tie gericht was op een betere kwaliteit
van het onderwijs, maar dit meteen ook
stukken duurder maakte - was dit tegen
het zere been van de confessionelen. Zij
gingen vanaf dat moment nog harder
ijveren voor eigen, bijzonder onderwijs.
Uiteindelijk werd te Goes in 1881 de Sint
Jacobusschool gesticht, aan de Vlasmarkt,
een lagere meisjes- annex bewaarschool,
alwaar het onderwijs zonder al te hoge
kosten werd verzorgd door de zusters Pe
nitenten Recollectinen uit Etten-Leur. Een
R.-K. jongensschool kwam er pas in 1914,
na uitbreiding van de bestaande Sint Jaco
busschool met een extra schoolgebouw aan
de Wijngaardstraat, de Sint Josephschool
voor jongens. Zes jaar daarna, in 1920,
eindigde de schoolstrijd in Nederland door
de financiële gelijkstelling van openbaar
en bijzonder onderwijs in een nieuwe wet
op het lager onderwijs. Prompt werd er te
Goes in 1921, onder bouwkundige leiding
van L.B. Mudde, een nieuwe R. K. jongens
school gebouwd: de Sint Josephusschool
aan de Westsingel. Aan deze school werd in
1924 nog de R.-K. MULO voor jongens toe
gevoegd, terwijl hetzelfde schooltype voor
meisjes al in 1916 was opgericht, als toe
voeging aan de oude Sint Jacobusschool. In
1925 verscheen te Goes het eerste Zeeuwse
katholieke schoolhoofd ten tonele: Cornelis
Wilhelmus Dogge (Rilland-Bath 1899 -
Goes 1944), gehuwd met Maria Catharina
Bonte (Rilland-Bath 1902 - Goes 1994),
hoofd van de Sint Josephusschool. Meester
Dogge werd onder meer bekend door zijn
schoolboekenreeks Het Lied van de Arbeid
en als oprichter in 1932 van de Goese R.-K.
voetbalvereniging Robur.
Terug naar de armenzorg. Ondanks de
oprichting van een R.-K. parochiaal arm
bestuur was de armoede onder de Goese
katholieken sindsdien niet verdwenen.
Behalve gebrek aan geld en goederen leden
de armen vooral gebrek aan persoonlijke
bijstand. Om ook deze nood te kunnen
lenigen, was in Goes vanaf 1891 de plaat
selijke conferentie van de Sint Vincentius-
vereniging actief. Deze vereniging was - en
is nog steeds - een wereldwijde katholieke
5