CONTRIBÜABELE
ISRAELITEN
Gemeente Goes
noegzame redenen zijn om aan te nemen
dat er sprake is van kwade wil. Dat er spra
ke is van een 'tijd van vrede' is blijkbaar
niet relevant in de beslissing.18)
Hoewel de financiële positie van de bijkerk
nooit rooskleurig lijkt te zijn geweest is
men wel in staat om de synagoge in de wijk
C nrs. 116 en 117 (nu - 2016 - Lange Voor
straat 11-19, is daar de winkel van 'Inter-
toys' gevestigd) er als een echte synagoge
uit te laten zien. In het genoemde notule
boek is een inventarislijst opgenomen met
alle religieuze en niet-religieuze voorwer
pen, die men in 1877 bezit.19) Onder andere
zes parachot - voorhangsels/gordijnen - die
voor de arke - de kast met de drie in het
bezit zijnde wetsrollen - konden worden op
gehangen. Twaalf tallijstiem - gebedskleden
- die tijdens de eredienst worden gedragen.
Ook is men eigenaar van twee bazuinen.
Sommige van deze religieuze voorwerpen
waren door eigen gemeenteleden - vaak
naar aanleiding van een persoonlijk jubile
um of iets dergelijks - aan de gemeenschap
geschonken.20)
Een prestatie als men het voorzichtige
commentaar in het gemeenteverslag 1843
van de gemeente Goes er op naslaat: Het
uitzicht op de heropening van een Israëliti
sche Bijkerk heeft zich verwezenlijkt en de
Israëlitische ingezetenen schijnen zich veel
beter dan vroeger te verstaan.
En er zijn zeker ook Goesenaren die de
joodse gemeenschap goedgezind zijn. Zo
krijgt het kerkbestuur op 15 oktober 1889
van wijlen mej. Dumoulin een bedrag van
50,- te besteden aan de armen binnen
haar gemeente.21)
In de jaren 1880 zijn er zelfs plannen om
de synagoge beperkt te verbouwen. De
kosten worden iets meer dan de eerder
geplande: 1.948,- in plaats van 80,-.
Om een deel hiervan te kunnen bekosti
gen besluit men hypotheek te geven voor
1.500,- met een rente van vijf procent.
De jaarlijkse aflossing moet 25,- gaan
bedragen. Maar opnieuw gaat het niet
helemaal voorspoedig. Waar wat is misge
gaan is niet duidelijk. De notulen tussen
1882 en 1886 ontbreken. Maar vanaf 21
1
Afb. 7. De kerkelijke belasting - te betalen
door de 'vermogende' contribuabele Israe-
liten - werd nauwkeurig opgetekend in het
bewaard gebleven grootboek. (Zeeuws Ar
chief 54- 10-al.)
juni 1886 is de heer A. Neter voorzitter
van het kerkbestuur en bij zijn eerste
vergadering op 1 augustus 1886 opent hij
deze vergadering waarbij hij de leden op
het hart drukt zooveel mogelijk het vroeger
in deze gemeente gebeurde te vergetenal
thans niet ter sprake te brengen, en vervol
gens hoopt dat de leden het bestuur vooral
veel mogen steunen door trouwe kerkgang
en milde offers...
De financiële lasten komen regelmatig ter
sprake op de kerkenraadsvergaderingen.
In maart 1895 worden de drie aanwezige
sefer Tora's uit de kerk genomen en tot we
deropzegging in bewaring gesteld bij den
heer L. Nathan, die ze later met ons goed
vinden verderom in een kast heeft geborgen
bij den heer J. Nathan. Andere kerkelijke
8
der
binnen en buiten de kom der