ringe te nemen op den mis-dadigen na de grootheid van de misdaad, alzo henlieden dunkt dat het behooren zal. Art. 22 Item zo wanneer den prinse of zijn stadhouder in t' gezelschap begeerde, eenige addiëntie of silentie, om eenige konste van speelen, muziek, of zingen te oeffenen, en eenige van het gezelschap dat belettende bij ongemaniertheden, die zal verbeuren een groote; ende tot arbitrane van dien. Art. 23 Item zo wanneer het gemeene gezelschap word vermaand om eenige toneelen te speelen, om prijs, en daar iemand geliefde te trekken, zo zullen die gene die t'huis blijven, gehouden zijn henlieden te helpen gelden in haarlieder kosten, elk vier schellingen vlaams, en nog behouden haar- lieder goede gunsten boven dien. 11 a- Art. 24 Item zoo wie goedwillig wild zijn in de kamer van retorijka binnen Kapeiie, die zal gehouden zijn te geven de bode voor zijn inkomste, twee groote, en alle Jaare ten feestdage gelden gelijk een ander broeder der kamer, midtsgaders dat hij zal mogen komen eeten en drinken gelijk een ander, ten tijde voorsz., en voorts zo is hij nergens in verbonden, te weeten in toneelen, of in andere speelen, ten waare dat hij speelen wilde, en men gaf hem een rolle, en hij die acsepteerde, zo moet hij ten dage ge deputeerd dan bereid zijn, om te speelen op die correctie, die tot de voosz. gildehroeders staat en in gebreeke zijnde, zal hij verbeuren twee schellingen, en mag ook uitgaan als t hem belieft voor twee schellingen. Art 25 Item waart dat iemand waare van 't voorsz. gezelschap, die tot correctie stonde, bij verbeurte van boeten of andre schulden, en hij hem dan excuzeeren wilde met eenige appellaarien van buiten d'ordonnantie van de kamer voorsz., die zal schuldig weezen't gilde van den zoeten naam Jezus te geven twee pond wasch, eer hij tot andre regten porren mag. Art 26 Item zo wie van het gezelschap hem laat porren, en dat van eenige kamerschul den die een ander voor hem betaald heeft, en den beleder hem moet te regt zoeken, an ders als de ordonnantie van de kamer, die zal verbeuren tegen prmse en deken, twintig groote en een half pond was om den naam Jezus mede te verlichten Art. 27 Item zo wanneer en tot wat tijden iemand eenige rolle ontfangt, die zal ge ou den weezen alle zondagen en heiligdagen ter kamer te komen, om te accorderen, op de boete van een groote, en insgelijks den boekhouder met den boek, welken boekhouder zal zeggen de prologie van den speele, indien 't den prinse belieft, en hij daar bekwaam toe is, en wel promdriëlijk kan, en zo zal men op elke rolle den dag teikenen van speelen en den naam van de perzonagie, en zendenze hem met den gezwooren bode, die hem zeggen zal wat hem van prinse en deken bevolen zal wenden. Art 28 Item zo zal elk van het voorsz. gezelschap, algemeenlyk obedieren en onderda nig weezen aan het gebod van den prinse en deken, met de regeerders, op zendelinge correctie Art. 29 Item indien dit voorsz. gezelschap, nog eenige waerdelijke artieulen en poincten wist te ordonneeren, in deze previlegie of statute, tot profijt eere, en voordeel van de kamer en het gezelschap voorsz., dat zullen prmse en deken met de gemeene accordatie der gezellen altijd mogen doen tot haarder beliefte en indien iemand van het gezelschap die daar tegen ohtineeren wilde, daar toe affuiselijke of abuizelijke woorden in abzentie van prinse en deken te zeggen, en daar af van eenige van de gildehroeders geaccuzeert word, die zal verbeuren tegen den prinse en deken t elke reize tie groote, en niet te min gehouden zijn te volkomen het welke geordonneert en geconclu- deert is, bij accordatie en stemminge der gemeene gildehroeders van de kamer. 41

Tijdschriftenbank Zeeland

De Spuije | 2017 | | pagina 43