Afb. 3Fragment van een gevangenisdeur uit de benedenverdieping van
het Goese stadhuis met door gevangenen ingekerfde teksten. Centraal
in dit fragment de tekst van het Onze Vader. In deze ruimte werden ook
kinderen opgesloten. De deur bevindt zich in het Historisch Museum De
Bevelanden te Goes. (Foto Koen van Rooijen.)
Het kind stond als verantwoordelijk indi
vidu in het beklaagdenbankje en de rechter
- niet psychologisch geschoold - moest
zijn oordeel vellen. Gebrek aan kennis en
willekeur zullen daarbij zeker van invloed
geweest zijn. Van de kant van de overheid
werd de detentie van al te jonge kinderen,
waar men zeker de elf- en twaalfjarigen
toe rekende, zoveel mogelijk tegengegaan.
Hoewel rechters, met het wetboek in de
hand, gerechtigd waren om zeer jonge kinde
ren na gebleken onderscheidingsvermogen
tot een normale gevangenisstraf te veroorde
len, werd door het ministerie druk uitgeoe
fend op de officieren van justitie om tegen
hen geen strafvordering in te stellen. In
de praktijk zien we dat in vele gevallen de
leeftijd van twaalf jaar, die in het Crimineel
Wetboek voor het Koninkrijk Holland als
juridische grens voor strafbaarheid versus
straffeloosheid gold, ook na 1811 officieus
werd gehanteerd. Maar toch kwamen ook
jongere kinderen vrij regelmatig voor tame
lijk onschuldige vergrijpen achter slot en
grendel terecht. De rechter was nu eenmaal
onafhankelijk en er gold formeel geen mini
mumleeftijd voor strafbaarheid.^
De gevangenissen
In de eerste helft van de negentiende eeuw
waren de gevangenissen allesbehalve
plaatsen waar het goed toeven was. Geen
sprake van orde en netheid. Ruwheid,
geweld en zedeloosheid vierden er onder
de in hoofdzaak uit de onderste lagen van
de maatschappij afkomstige veroordeelden
hoogtij. Het waren zeker geen plaatsen waar
kinderen met het oog op een goede (her
opvoeding thuis hoorden. Toch werden ze er
opgesloten en kregen ze dezelfde behande
ling als hun volwassen lotgenoten.
Geleidelijk aan kwam er meer oog voor de
heersende misstanden. Dit leidde in 1823
tot de oprichting van het Genootschap tot
Zedelijke Verbetering der Gevangenen
voorloper van de huidige reclassering. De
leden, afkomstig uit de gegoede burgerij,
ijverden voor betere leefomstandigheden en
17