Kind in de Tweede Wereldoorlog, deel I
T. W. Rosmolen
Afb. 1. De familie Rosmolen in 1940. Vader S. Rosmolen, Teun en moeder
J.A. Rosmolen - de Wilde. (Afb. 1-3 collectie familie Rosmolen.)
Ik ben geboren op 28 november 1934 op
de eendenkooi die destijds was gelegen
aan de Slikweg in de Gemeente Ellemeet
op Schouwen-Duiveland. Mijn vader was
oorspronkelijk waterbouwkundige, hij is
gedurende enkele jaren werkzaam geweest
bij de aanleg van de Afsluitdijk. Toen dit
werk gereed was, volgde hij zijn vader op
als kooiker.
Op de eendenkooi kwamen regelmatig
mensen langs, zoals de postbode en de
veldwachter. Ik herinner me als kind de zor
gelijke aard van de gesprekken. Omdat we
afgelegen woonden, hadden we geen radio
en electriciteit, al het nieuws kwam uit de
krant of van passanten.
In 1939, het was een prachtige zomer,
hoorde ik mijn ouders over 'distributie'
praten. Ze kochten een baaltje suiker, rijst
en een vat petroleum, dat was heel belang
rijk voor verlichting en koken. Intussen
leerde ik ook fietsen, want ik zou het
volgend jaar in Ellemeet naar school gaan.
Op 1 september 1939 vielen de Duitse
legers Polen binnen. Er kwam mobilisatie
en ik zag mensen uit de buurt in hun slecht
zittende uniformen naar hun oproeppunt
vertrekken. Het vliegveld Haamstede, waar
eerst de Fokkers en de DC 2 vlogen vanaf
Rotterdam, werd nu een oorlogsvliegveld
vanwaar Koolhoven1' en Fokker CV en G1's
oefenvluchten maakten.
Op zee was de oorlog al in volle gang, het
dreunen van het zware geschut en de zwarte
rookwolken hadden iets dreigends. Vanaf
die tijd was mijn zorgeloze kindertijd voorbij
en is nooit meer teruggekomen. Mijn vader
werd opgeroepen voor de luchtbescherming,
hij kreeg een gasmasker en moest van een
geïmproviseerde toren luchtwaarnemingen
doen. De waarnemingen moesten vanuit het
postkantoor telefonisch worden doorgegeven.
30