voorgenomen verkoop in publieke veiling moet plaatsvinden door een daartoe door de rechtbank aangewezen notaris. Dat is ook hier gebeurd. De hoeve is door de Goese notaris Andries Smallegange op 12 maart 1845 in de herberg te Yerseke, bewoond door Cornelis Molhoek en in het bijzijn van ook de toeziend voogd over Hubregt Baas, publie kelijk geveild. De notaris heeft, zoals ook in andere vergelijkbare gevallen gebruikelijk was, aan de akte van verkoop een extract gehecht van de uitspraak van de rechter. En uit die rechterlijke stukken komen we veel te weten over de omstandigheden waarin het gezin Baas-Nieuwenhuijse verkeerde. Het komt er in het kort gezegd op neer dat de schulden ten laste van boedel en nala tenschap aanzienlijk zijn en op de hoeve rust een hypotheek met een aantal jaren achterstallige rentebetalingen.1® Die schul den kunnen onvoldoende uit de opbrengst van de roerende zaken en de opbrengst van de vruchten te velde worden voldaan. Er resteert dan ook maar één oplossing en dat is de verkoop van het onroerend goed. De rechtbank is het eens met het door een procureur namens Pieter Baas bij de recht bank ingediend verzoekschrift dat terwijl het bijzonder belang des suppliants en zijns minderjarig kinds, zoo lang nog goeden prijs voor vastgoed te bedingen is, een verkoop van bovengenoemd vastgoed alleszins wen- schelijk als onvermijdelijk doen zijn... Er volgt dan ook een rechterlijk bevel tot openbare verkoop van het vastgoed. De hoeve met de daarbij behorende gronden wordt in 23 kavels geveild. In totaal gaat het om 30 bunders, 87 roeden en 60 ellen. Ook de pachtrechten op ruim 4,5 bunder grond worden meegeveild en tevens wat losse goederen, mest en vruchten te velde. Voor de vruchten te velde dient volgens de veilingvoorwaarden een prijs betaald te worden van 50,- per gemet. De hoogste bieder en koper voor de massa is Cornelis Filius, hoefsmid wonende te Biezelinge, gemeente Kapelle cum annexis, dit voor de som van 110,- per gemet, voor de massa een bedrag van 8.655,35. Zoals gezegd moet er ook betaald worden voor losse goederen, mest etc., daarbovenop ook nog veilingkosten. Alles bij elkaar opgeteld dient de koper ruim 11.000,- te voldoen. Reeds twee dagen later, op 14 maart, wordt op de hofstede een openbare verkoping gehouden van een partij meubilaire goe deren, beestiaal, bouw en melkgerei. Voor de roerende goederen betalen de diverse kopers een bedrag, inclusief verkoopkosten etc., van in totaal ruim 2.600,-.11 Voor zover we dat hebben kunnen nagaan lijkt het erop, dat uit de opbrengst van de openbare veilingen alle schulden betaald konden worden. Dat neemt natuurlijk niet weg dat Pieter Baas toch min of meer berooid is achtergebleven. Geen hoeve meer, geen grond meer en niet of nauwelijks huisraad. Een trieste afloop! Het einde van de hoeve In de Goessche Courant van donderdag 14 augustus 1851 verschijnt op pagina 1, onder de Binnenl. Nieuwstijdingen het volgende artikel: Bij het vreesselijke onweder, dat in den afge- loopen nacht over ons eiland trok, hebben wij weder een groot ongeluk te betreuren. De bliksem ingeslagen zijnde in de Hofstede van den landbouwer Cornelis Felius, te Yerseke, was in weinige oogenblikken het geheele gebouw met den schuur eene prooi der vlammen. Noch van de meubelen, noch van den in den schuur aanwezigen voor raad, heeft men iets kunnen redden. De van het dorp toegesnelde spuit heeft hoegenaamd van geen nut kunnen zijn, aangezien de fel woedende vlammen alle denkbeeld van redding verbranden. Behalve het huis raad zijn ongeveer 56 mudden gedorschen Koolzaad en 34 mudden oude Tarwe, bene vens eene geit, door de vlammen vernield. Gelukkig, dat de nieuwe oogst van Tarwe en verdere vruchten nog niet in de schuur waren opgezameld. Gebouwen en roerende goederen, alsmede de vruchten, waren tegen brandschade verzekerd. Nog verneemt men, dat onder Stavenisse, eiland Tholen, eene hofstede of schuur door het onweder moet getroffen en vernield zijn. Ook meent men van hier, in de rigting van Colijnsplaat (eiland Noord-Beveland), een zwaren brand bespeurd te hebben.12) Cornelis Felius bouwt (met het 8

Tijdschriftenbank Zeeland

De Spuije | 2018 | | pagina 9