Haag is door hem ontworpen. Berlage en zijn
navolgers maakten veel gebruik van vlakke
baksteen met natuurstenen accenten.
Tegenhangers van de stijl van Berlage waren
te vinden bij het architectenbureau van
Eduard Cuypers, neef van Petrus Cuypers,
de belangrijkste architect van de neogotiek.
Neef Eduard richtte zich overigens niet op
die stijl, zijn werk is meer verwant aan de
neorenaissance en de Jugendstil.
Bij het bureau van Cuypers werkten enkele
architecten die de grondleggers werden
van de Amsterdamse School, rond 1910:
Michel de Klerk, Joan van der Mey en Piet
Kramer. Ze gingen uit van een individuele
benadering van afzonderlijke gebouwen,
waarbij functie en omgeving van groot belang
waren. Invloeden uit de Art Nouveau, de
Arts en Craft-beweging en oosterse elemen
ten zijn ook zichtbaar in het werk van de
Amsterdamse School. Kenmerkend is verder
het bouwen met baksteen en het toepassen
van versieringen van baksteen of gebeeld
houwde natuursteen in de gevels. Steile daken
met torentjes en andere details kwamen
vaak in het werk terug. Het gebruik van
expressieve en fantastische vormen laat ook
verwantschap met het expressionisme zien.
In eerste instantie was het werk van de
architecten van de Amsterdamse School
vooral grootstedelijk en dan nog vooral
gericht op Amsterdam. Grote woningbouw
projecten (onder andere de tuindorpen),
scholen en kantoren. Door de speelse
indeling van gevels en het aanbrengen van
allerlei details slaagde men er daarbij in
Afb. 3. Versiering in gevel en raam van
de garage.
om, ondanks de massaliteit van veel projec
ten, toch de menselijke maat te behouden.
Typerend was de sculptuur als verrijkend
element van volkswoningen, bruggen,
scholen en niet meer alleen van speciale
gebouwen. Later, toen de ideeën van de
Amsterdamse School zich over het land
verbreiden, werd er ook meer gebouwd voor
particulieren. In de tweede helft van de jaren
twintig nam het belang van deze stroming
af en kwamen er nieuwe inzichten in de
architectuur.2' 't Hof De Dierik is een van de
weinige voorbeelden van de Amsterdamsche
Schoolstijl in Zeeland.
De architecten:
H.A.J. en Jan Baanders
Twee architecten die zich aangesproken
voelden door de ideeën van de Amsterdamse
School waren de gebroeders Baanders,
Herman junior (H.A.J.) en Jan. Jan
Baanders was een vriend van Michel
de Klerk, een leeftijdgenoot en een van
de grondleggers van de Amsterdamse
School. Na eerst enkele jaren zelfstandig
in Nijmegen te hebben gewerkt, keerde
Jan terug naar Amsterdam. In 1915 werd
hij naast zijn broer medefirmant van het
architectenbureau dat hun vader, Herman
senior, had opgericht. H.A.J. Baanders was
niet alleen architect, maar ook een goed
zakenman. Door zijn zakenrelaties haalde
hij veel opdrachten binnen en groeide het
architectenbureau uit tot een van de groot
ste in Amsterdam. Onder andere scholen,
fabrieken, woningcomplexen en kantoren
werden door hen ontworpen. Niet alleen
in Amsterdam, maar ook in Rotterdam,
waar veel werk werd verricht voor de
Rotterdamse Droogdokmaatschappij.
Kantoren en fabrieken, maar bijvoorbeeld
ook het tuindorp Heyplaat.
Er werden niet alleen grote projecten
uitgevoerd, ook woningen en landhuizen
werden ge- of verbouwd. Een van deze
ontwerpen was voor de verbouwing van
het Amsterdamse woonhuis van J.W.D.
Francken, Herengracht 499, een zwager van
Adriaan Tak van Poortvliet. Bij dit project
werd samengewerkt met Dirk Tersteeg,
de tuinarchitect die we ook bij De Dierik
tegenkomen.3'
23