De vergeten watersnoodramp van 1906
Frits de Kaart
Als we het over de watersnoodramp hebben
denken we vooral aan 1953. Bijna vijftig
jaar eerder - in 1906 - was er een waters
noodramp die een nog groter deel van
Zeeland onder water zette. Een ramp die
voor veel gezinnen catastrofale gevolgen had
in een landbouwgebied als Zeeland. De over
stromingsramp gebeurde op 12 maart 1906,
's middags om 16.00 uur. Deze ramp overtrof
alle voorgaande stormvloeden in Zeeland.
Er waren weliswaar geen dodelijke slacht
offers maar de impact was enorm groot
voor de bevolking. Toch zit deze ramp niet
in het collectieve geheugen van de Zeeuwse
bevolking. Het is aan onderzoek van Judith
Siegel te danken dat deze ramp aan de
vergetelheid wordt ontrukt. In 2016 is hier
over een publicatie verschenen in Archief,
het jaarboek van het Koninklijk Zeeuwsch
Genootschap der Wetenschappen.0 Dat het
inderdaad een vergeten watersnoodramp
is, blijkt onder andere ook uit de geringe
aandacht die het Watersnoodmuseum in
Ouwerkerk aan deze ramp schenkt. Wel liet
men weten er binnenkort meer aandacht
aan te willen te besteden.2'
Gedurende vele eeuwen werd de Zeeuwse
delta gevormd door overstromingen. Na
een hevige stormvloed in 1134 ontstonden
de eerste ringdijken en afdammingen.3'
Deze overstromingen zorgden ook voor een
zware financiële druk op het provinciaal
bestuur. Nadat bij de overstromingen in
1714 en 1715 een aanzienlijk aantal sub
sidieverzoeken werd ontvangen, deden de
Staten van Zeeland een poging om daar
regels voor op te stellen. De polders die een
zeewerende dijk hadden en niet in staat
waren het onderhoud zelf te betalen, werden
aangeduid als calamiteuze polders. Indien
noodzakelijk betaalden andere waterschap
pen en de Provincie daar aan mee. Het zou
nog tot 1791 duren voor er een Generaal
Afb. 1. Verwoeste boerderij in de Engelse Polder. (Alle afbeeldingen collectie F de Kaart.)
2