Deze klok, die 45 centimeter hoog was, met een diameter van 52 centimeter, had als opschrift: Johannes Burgerhuis me fecit. Soli Deo Gloria, 1642 (1672?) (Johannes Burgerhuis heeft mij gemaakt, Alleen aan God de Eer, 1642 of 1672)2 Op 16 mei 1940 werden kerk en toren vrijwel geheel verwoest door beschietin gen vanaf Franse oorlogsschepen. Ook de klokken werden vernield. J. de Bel uit Yerseke kocht de resten van de grote klok, 248 kilo brons, voor een prijs van 0,46 per kilo. Later zou dit brons door de bezetter in beslag worden genomen. De brief die de gemeente Yerseke op 1 juni 1940 ontving van de Inspectie Kunstbescherming uit Den Haag, kwam dan ook te laat. In de brief werd meegedeeld dat de mogelijkheid bestond dat de klokken in onze torens gevorderd moeten worden om te worden versmolten voor militaire doeleinden. Klokken met een grote historische waarde waren daarvan vrijgesteld. Tot die categorie klokken hoorde ook die van Theodoricus Rose.3) De instructie De zeven artikel van de instructie voor de klokkenist: Artikel 1 wijst zijn plaats aan: hij staat onder de onmiddellijke bevelen van de burgemeester. (De toren was eigendom van de gemeente, niet van de Nederlandse Hervormde gemeente.) Artikel 2: Hij is verplicht de grote klok te luiden als daartoe opdracht opgegeven wordt en bij begrafenissen gedurende de opgege ven tijd. Hoelang er moest worden geluid hing af van de 'deftigheid' van de begrafenis. Ook bij brand, watersnood, overstroming of oproerige bewegingen, gedurende minstens vijftien minuten. Voor de kleine klok geldt een aparte regel. Hij moet de kleine klok luiden, uitgezonderd op zondag, 's morgens om acht uur en 's middags om twaalf uur, en in de maanden april tot en met september 's avonds om zeven uur, niet op zaterdag, telkens minstens zestig slagen. In artikel 3 staat dat hij met de nodige zorg zijn werkzaamheden moet verrichten opdat geene schade of hinder aan het uurwerk, de Afb. 2. Nederlandse Hervormde kerk: Kerk en toren na de verwoesting, juni 1940. (Collectie gemeentearchief Reimerswaal, Yer_Dia_08_36.) 41

Tijdschriftenbank Zeeland

De Spuije | 2019 | | pagina 43