Afb. 4. Nederland in het jaar 2000.
(Uit: Enkele gedachten over het ruimtelijk
beeld van Nederland in het jaar 2000 bij een
bevolking van 20 miljoen.' Door prof. ir. Jac.
P. Thijsse1963.)
trefwoorden waren. Een periode die volgde
na de tijd van de wederopbouw, schaarste en
armoede, de ramp en een geboortegolf.
Nederland had toen een relatief jonge en
snelgroeiende bevolking, heel anders in ver
gelijking met de samenstelling en bevolkings
groei nu, ruim vijftig jaar later. Een bevolking
die toen werd geconfronteerd met een
ongekende welvaartsgroei en toename van
de vrije tijd. Zo besloot in 1961 de gemeente
Kruiningen dat haar ambtenaren vanaf 1 mei
eens in de twee weken recht hadden op een
vrije zaterdag. Zij en vele andere tijdgeno
ten kregen meer tijd om te gaan winkelen
in bijvoorbeeld Goes, deel te nemen aan
sporten of op bezoek te gaan bij familie of
vrienden. Door de stijgende lonen had men
ook voor het eerst sinds de oorlog meer geld
te besteden aan luxe dingen zoals een TV. En,
indien men zich een auto kon permitteren,
kon men er het hele weekend op uit trekken.
Snel vergrootte voor ieder de actieradius tot
ver buiten de grenzen van dorp en gemeente.
En zo groeiden ook in korte tijd de verbindin
gen met Midden-Zeeland.
Midden in die periode en min of meer
tegelijk met de besluitvorming met betrek
king tot de herindeling verscheen de
eerder genoemde Tweede Nota Ruimtelijke
Ordening. In deze tijdens het kabinet Cals
verschenen nota werd nog voorspeld dat
Nederland in 2000 twintig miljoen inwoners
zou herbergen. Groei werd het devies bij
allerlei grote plannen van de overheid.
Er lag onder andere een plan op de teken
tafel met betrekking tot het Sloegebied dat
zich van Vlissingen tot Ellewoutsdijk zou gaan
uitstrekken.
Een ander project was het ambitieuze
Reimerswaalplan met zeehavens en industrie
in het oostelijk deel van Zuid-Beveland tot
aan Bergen op Zoom. In dit licht van groei,
van meer, van groter, vond dan ook de dis
cussie met betrekking tot de gemeentelijke
herindeling plaats.
2. Herindeling van Zuid Beveland 1-1-1970
Laten we dan eerst teruggaan naar begin van
de negentiende eeuw, de Franse Tijd, hoe zag
de gemeentelijke indeling op Zuid-Beveland
er toen uit? Toen 33 gemeenten, ontstaan uit
voormalige heerlijkheden en de jurisdictie
van Goes. Deze waren door eerdere opheffin
gen en samenvoegingen voor 1 januari 1970
inmiddels gereduceerd tot 24 gemeenten.
Dus 33 gemeenten werden 24 gemeenten
met de minste inwoners in Ellewoutsdijk en
in Goes de meeste. En Oudelande met het
kleinste oppervlak (bijna 5 km2) en 's-Heer
Arendskerke de grootste met 54 km2.
Hiervoor werd al vermeld dat in de negen
tiende eeuw veel gemeenten een burge
meester moesten delen. Opmerkelijk is het,
dat ook aan de vooravond van 1970 nog veel
Bevelandse gemeenten hun burgemeester
samen hadden met een of meer andere
gemeenten. Dat had natuurlijk ook te maken
met de op handen zijnde herindeling. De
provincie speelde daar al op in door geen
nieuwe burgemeesters meer te benoemen in
de bestaande gemeenten. Dat deden bur
gemeesters van buurgemeenten er gewoon
even bij. Zo was W. van Liere burgemeester
6