de plannen voor Goes. In 1589 kon het startsein
voor de werkzaamheden worden gegeven. Pieter
Claessen lantmeter was 83 dagen bezig met het
uitzetten van de nieuwe werken. De eerste ver
nieuwingen waren het bouwen van twee forten
aan de ingang van de haven en schansen tussen
deze forten en de stad. Zodra men begon, ont
stonden er problemen. Vaak was de ondergrond
te slap om grote zandmassa's te kunnen dragen,
verzakkingen van de wallen waren het gevolg.
Voor de kilometers lange schans aan de west
zijde van de haven werd de Geldelozedijk, die
overbodig was geworden, afgegraven. De nieuwe
stadspoorten kwamen op iets andere plaatsen
te liggen dan hun middeleeuwse voorgangers,
omdat de grachten veel breder werden. Een deel
van de Voorstad werd gereconstrueerd en de
straat moest belangrijk worden opgehoogd. Ook
bij het ravelijn aan de Koepoort was dit het geval
omdat de gracht leeg dreigde te lopen.
Regelmatig bivakkeerden de ingenieurs van
Oranje in Goes, in deze begintijd vooral ingenieur
Johan van Rijswijck. Soms reisde de secretaris
van Goes, Albert Joachimi, naar Middelburg om
met Van Rijswijck te overleggen, als hij daar ver
bleef. Beiden reisden in 1589 naar Den Haag om
zich met prins Maurits over de kaarten van Goes
te buigen en de beste vorm voor de werken te
bepalen. In het archief van de stad bevindt zich
een bestektekening van Van Rijswijck, die op 4
maart 1589 door Prins Maurits is beschreven. De
aanleg van de stadsverdediging van Goes was het
belangrijkste onderdeel van een integraal plan,
dat de beveiliging van Zuid-Beveland regelde.
Onderdeel van het plan was het bouwen van
uitkijktorens op de zeedijken rondom het hele
eiland, de zogenaamde redoutes. Verder werden
diverse dorpen aan de zuidrand van het eiland
echte garnizoensdorpen, waar beroepssoldaten
werden ingekwartierd. Aan de oostkant van Zuid-
Beveland kwamen diverse forten tot stand, zoals
het Bolwerk bij Oostdijk dat er al lag in 1572 en
het noordoost- en zuidoostfort bij Krabbendijke.
Omdat er in het Verdronken Land van
vei1 avc try o t)
Afb. 8. De nieuwe Hoofdpoort, door Louis Phillipe Lannée de Bétrancourt, 1840.
(Collectie gemeentearchief Goes.)
23