De wereld van de suiker en de tabak
Op Java vindt hij zijn weg in de ingewikkelde
samenleving met enerzijds het Nederlandse
bestuur en anderzijds het lokale Indische
bestuur dat naast het Nederlandse bestuur
blijft bestaan, met alle spanningen van dien. De
problemen die dat geeft, zijn de aanleiding voor
tijdgenoot Eduard Douwes Dekker (1820-1887)
om onder het pseudoniem Multatuli de roman
Max Havelaar te schrijven. Deze roman speelt
zich af in het Java van de vijftiger jaren van de
negentiende eeuw.
Paul Consten gaat in zijn biografie uitvoerig in
op de manier waarop Van de Putte opklimt in de
wereld van de suiker en de tabak. Hij beschrijft
hem als een keiharde werker en uitstekende
netwerker die de flair heeft om de bestuurs
ambtenaren voor zich te winnen en tegelijkertijd
goed weet om te gaan met lokale bestuurders
en met de arbeiders die voor hem werken. Om
een idee te krijgen over de relaties tussen de
verschillende bestuurslagen op Java en daarbij
de belangen van de ondernemers in de suiker,
is het de moeite waard om de nog altijd zeer
lezenswaardige roman Uit de suiker in de tabak,
in 1884 uitgegeven door P.A. Daum, te lezen.
Hieronder een fragment dat de onderlinge rela
ties en de belangenverstrengeling waar Van de
Putte mee heeft te dealen, treffend illustreert.
De verteller van onderstaand fragment is net in
Nederlands-Indië aangekomen om daar bij zijn
oom 'in de suiker te gaan werken en maakt
daar zijn eerste feest mee.
"Grote goden, wat een feest!
Oom Willem van Tuyll was voor die dagen
een knap suikerfabrikant; hij maakte namelijk
omstreeks vijfentwintig pikols (1 pikol is ca 62
kg) suiker per bouw! Behalve enige vrienden,
zouden de assistent-resident en twee con
troleurs komen; ook de regent en de andere
Inlandse ambtenaren. In de pendoppo (open
ruimte met alleen een dak) stond een reusach
tige tafel vol flessen; meest champagne, cognac
en bier. (...)Toen hij (oom Willem) met vreugde
Afb. 2. Een suikeronderneming op Java.
48