goeden aanleg en onbemiddelde ouders, in
staat te stellen om het onderwijs aan één der
beide Hogere Burgerscholen, alhier, te genieten.
Consten voegt hieraan toe dat de vader van
Isaac bij de minister van justitie had gemeld dat
Blaaubeen immoreel leefde en er zestienjarige
meisjes op na hield (blz. 194).
Het leven van een selfmade politicus is een
vooral politieke biografie waarin de mens Van
de Putte wat op de achtergrond blijft, ondanks
de aandacht die er is voor zijn gezondheid, de
relatie met z'n familie en de omgang met z'n
zakenpartners en politieke mede- en tegen
standers. Het zal ermee te maken hebben dat
Van de Putte weinig egodocumenten heeft
achtergelaten.
Verdiensten van deze biografie zijn dat Consten
in beeld brengt hoe interessant die verande
rende politieke wereld is in de negentiende
eeuw. De lezer van nu herinnert zich uit die
periode doorgaans niet veel meer dan de
grondwet van Thorbecke en het kinderwetje
van Van Houten. Van Houten, die volgens
Consten beïnvloed moet zijn door Van de Putte.
Het plantersleven in de complexe samenleving
op Java, een ondernemer die veranderingen
teweeg breng in de Nederlandse politiek, het
internationale steekspel dat uitloopt op de
Atjeh-oorlog en de rol die Van de Putte daarbij
speelde, maken dit boek zeer de moeite waard.
Consten heeft met zijn biografie Van de Putte
echt uit de marge van de politieke geschiedenis
gehaald. Op interviews met premier Mark Rutte
in 'het torentje' is op de achtergrond altijd
een portret te zien van Thorbecke. Daar zou
best een foto naast kunnen staan van 'doener'
Fransen van de Putte.
Noot:
1. P.A. Daum, Uit de suiker in de tabak, Amsterdam, 1962
Cock van den Wijngaard
52