DELTA Dag van de Zeeuwse Film, 18-09-2021,
Film by the Sea
Zijn verloren land. (Documentaire van Koert Davidse, 2009)
Afb. 6. De rooms-katholieke kerk in Ovezande,
1974. (Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed,
Amersfoort, bestandnr. 158512.)
Op 27 mei 1980, kort na zijn negenenzestigste
verjaardag, overleed Walter Laurentius Rijk,
hoewel ziek, toch nog vrij onverwacht.45' Hij ligt
begraven op het Abdijkerkhof van Postel.
Noten (zijn doorgenummerd van deel I):
28. De Windroos was een jaarboek voor de katholieke jeugd
in 1940.
29. Album Priesters en Broeders van Zuid-Beveland onder
de naam Doense (namen zijn in het album alfabetisch
op familienaam gerangschikt).
30. Wikipedia over de martelaren van Gorkum.
31. Hendro Munsterman op 25 september 2017 op de
website www.NieuwWij.nl.
32. Alma Mater is Latijn voor voedende of zorgende
moeder. Het verwijst naar de school waar iemand
gevoed is door kennis.
33. Montserat, klooster bij Barcelona.
34. Goa, een deelstaat van India was van 1510 tot 1961
een kolonie van Portugal, destijds bekend als Portugees
Indië (Wikipedia).
35. Huis De Baerse aan de Grote Kade 44 te Goes is in de
twintigste eeuw de drogisterijwinkel van de familie Den
Herder geweest.
36. PZC, 19 februari 1959 en 1 oktober 1988. Bisschop
Ernst (1917-2017) was bisschop van het bisdom Breda.
Oprichting Goese Middenstandscentrale (GMC) in De
Stem, 13 april 1968.
37. Album Priesters en Broeders van Zuid-Beveland en
artikel De Stem, 5 juli 1951.
38. Erfgoedcentrum Nederlands kloosterleven, bestand
P029; www.bidprentjesarchief.nl.
39. Website relikwi voor religieus erfgoed in Nederland.
40. Wikipedia over 's-Heerenhoek.
41. Album IB, nr. 39 en IIB, nr. 51 van pater Rijk Boerderijen
in Zeeland.
42. Album Priesters en Broeders van Zuid-Beveland. Pater
Rijk heeft dit verhaal ontleend aan de Kroniek van
stadspastoor Claus, die van 1739-1768 stadspastoor te
Goes was.
43. Duitstalige informatie op Wikipedia.
44. Album Zusters van Zuid-Beveland.
45. Tekst van bidprentje bij het overlijden van Walter
Laurentius Rijk.
44
Eef van Brummelen
Zuid-Molukken
De Molukken is een eilandengroep in het ooste
lijk deel van Indonesië. Ten tijde van de kolonie
Nederlands-Indië dienden veel Molukkers,
die bekend stonden als goede krijgers, in het
Koninklijk Nederlands Indisch Leger (K.N.I.L.).
De Molukkers dienden Nederland trouw, ook in
de Tweede Wereldoorlog tegen de Japanners
en in de onafhankelijkheidsstrijd die daarop
volgde.
Op 27 december 1949 moest Nederland de
kolonie overdragen aan de Verenigde Staten
van Indonesië. Het beloofde zelfbestuur van
de staten werd door president Soekarno
herroepen. Oost-Indonesië weigerde het
zelfbestuur op te geven. Op 25 april 1950 riep
J.H. Manuhutu de Republiek Maluku Selatan
(R.M.S.) uit. De strijdkrachten van de R.M.S.
werden in november 1950 verslagen, waarna
een guerrillaoorlog op het eiland Ceram nog tot
in zestiger jaren van de vorige eeuw doorging.
Dilemma
In 1950 wachtten door al deze ontwikkelingen
nog zo'n 5.000 K.N.I.L.-militairen van Molukse
afkomst op Java op hun demobilisatie. Ze eisten
dat ze gedemobiliseerd zouden worden op het
nog vrije Ceram, zodat ze konden strijden tegen
de troepen van Soekarno. De Nederlandse
regering, die de R.M.S. niet erkende, wilde
dat niet, maar demobiliseren op Java werd
verboden door de Nederlandse rechter. Dan
zouden de militairen met hun gezinnen name
lijk ongewapend worden overgeleverd aan
hun vijanden, de tegen de R.M.S. vechtende
Javanen. Door de tijdsdruk koos de regering
uiteindelijk voor de optie om de Molukse
militairen en gezinnen tijdelijk naar Nederland
over te brengen. Op 20 februari 1951 vertrok
het eerste schip. Er werden in totaal 3.468
militairen en 345 burgers van Molukse afkomst
met hun gezinnen (in totaal zo'n 12.500 perso
nen) naar Nederland gebracht. Frits Sahertian
maakte deel uit van zo'n gezin.
Aankomst in Nederland
Frits' vader Bob Sahertian (Sukabumi 1920-
Vaassen 2006) was soldaat, dat was alles
voor hem. Het was zijn leven. Frits staat met
het militair ontslagbewijs van zijn vader in
zijn handen. Het werd direct bij aankomst
in Nederland aan de totaal verraste K.N.I.L.-
militairen uitgereikt. Het is helemaal blanco. Er
is niets ingevuld, een ontslagreden al helemaal
niet. Het ontslag werd door zijn vader - en door
de andere K.N.I.L.-militairen - als een grote ver
nedering ervaren. Alles werd hen afgenomen.
En dat deed pijn, heel veel pijn.
De familie Sahertian werd eerst in Kamp Vught
opgevangen, waar de moeder aan een longont
steking stierf. In 1955 kwamen Bob, de vijfjarige
Frits en zijn zusje aan in het woonoord in
Westkapelle, waar ze een kamertje kregen van
2 bij 4 meter. In het woonoord kende iedereen
elkaar en hielp elkaar met alles. De wereld
binnen en buiten waren verschillend. Want ook
al gingen de Molukse kinderen naar school en
deden ze in het dorp mee met Koninginnedag,
er was weinig contact buiten de Molukse
gemeenschap.
Zelfzorgmaatregel
In eerste instantie werden de Molukkers
in Nederland door de overheid verzorgd.
Doordat het verblijf in Nederland langer
duurde dan gepland, werd in april 1956 de
'Zelfzorgmaatregel' ingevoerd gericht op
assimilatie. De bewoners moesten in hun
eigen onderhoud gaan voorzien en de cen
trale keuken werd gesloten. De Molukkers
in Westkapelle hielden principieel vast aan
wat hen was toegezegd. Ze zagen het verblijf
als tijdelijk, hoopten op terugkeer naar een
vrije R.M.S. en zagen zichzelf nog steeds als
(onterecht ontslagen) militairen met recht
op soldij. Door de Zelfzorgmaatregel en het
ontbreken van inkomsten en zorg in het woon
oord escaleerde de situatie. Honger deed zijn
intrede. In Westkapelle (en op andere plaatsen
45