4)
KlokstraatIn 1347 reeds als Clocstrate vermeld. Heeft echter met een
uurwerk niets gemeen. Wel is te denken aan een terrein waar een klok zou
zijn gegoten. Bij restauraties van kerken kwamen de laatste jaren verschil
lende complete gietvormen tevoorschijn.
Klokken .werden dikwijls door rondreizende klokkengieters ter plaatse ge
goten. Ook een naamgeving naar een uithangteken is niet uitgesloten.
Be klok hing n.l. bij vele beroepen uit.
Maarstraat. Maer is afval van vlees, dat niet in de vleeshal mocht worden
verkocht; doch door de maerman en het maerwijf, die hier woonden werd ver
kocht. In 1418 woonde hier "Gillis die maerman".
Poststraat. Post is een verbastering van Pot-strate. Komt in 1321 al voor.
Wellicht komt de naam van een pottennegotie of pottenbakkerij. Mogelijk ook
naar een uithangteken "Waar de pot uithing", als aanduiding van de koop
waar. In 1869 komt de straat ook nog als Potstraat voor.
Korte St.JanstraatIn 1418 als Jansstratedaarna in 1459 en later als
Sinte Jansstrate voorkomend. Be naam is afkomstig van de Johanniter-rid-
ders of ridders van St.Jan. Aan hun werd het gesticht der Tempelieren, na
1312, toegewezen. Be naam werd bewaard, ook nadat de Predikheren daar waren
gevestigd
Op et terrein van het Predikherenklooster werd in het begin van de 17e
eeuw de Lange St.Janstraat aangelegd.
Ponteine. Genoemd naar de grote diepe stadswaterput, welke daar was.
In 1607 afgesloten en voorzien van een pomp.
Openbare stadswaterputten werden eertijds fonteinen genaamd.
(Ook in Vlaanderen was deze naam gebruikelijk o.a. in Bamme).
PaternosterstraatKomt in 1418 als Pamosstrate en later als Papemosterd-
strate voor, Ha 1752 als Paternosterstraat.
(Misschien dat de laatste naam wijst op een uithangteken voor z.g. vercier-
sters", die daar een nerinkje hadden in gevlochten bloemenkransjes (bij
doop- en huwelijksfeesten gebruikt).
Manhuis straatOudtijds 's Heer Bierikswerf genaamd. Werf verhoogde grond
rondom het huis of hoeve van Heer Bierik. Haar het St.Anthonie huis met
kapel ook wel St.Anthoniestrate genoemd.
Hadat hier in 1585 het Oude mannen en vrouwenhuis was gevestigd, komt de
naam Manhuisstraat in gebruik.
BagijnestraatGenoemd naar het Begijnhof, dat daar reeds in de 13e eeuw
gelegen was.
Het zuidelijk deel komt als Breedstraat voor. Be straat liep uit op de Ba-
gijnepoort, die in 1623 werd gesloopt.
Pie ter se lie straatPeterselie, rozemarijn en venkel kwamen in de middel
eeeuwen in de kloostertuinen voor. Ze werden gebruikt bij de bereiding van
spijzen en geneesmiddelen.
Het begijnhof had grond ten oosten van de Bagijnestraat. Wellicht gebruikt
als moes- of kruidentuin.
Be Pieterseliestraat liep door tot aan de Westpoort.
Een deel van bovengenoemde straat, gelegen tussen de Raamstraat en de We-
vershoek, heette "bij de Bernardieten"naar het "Bernardietenklooster, dat
daar eertijds stond. (Cisterciënzerklooster).
RegenboogstraatBe naam is afkomstig van een hoveniering "de Regenboog";
gelegen dichtbij de in 1898 gesloopte korenmolen "de Bloeme". In de volks
mond bekend als "het Padje".
Be naam is wellicht eerder afkomstig van een huis waar de Regenboog uit
hing, speciaal gebruikt door ververs.
PiavestraatOntleende haar naam aan het Huis of kasteeltje van Adolf van
Kleef, heer van Ravestein. Tot in de 16e eeuw was het in het bezit van de
adellijke familie v.Kleef. In 1617 in het bezit gekomen van de stad, wer
den boomgaarden en hoven vervangen door huizen. Hier vlak bij was ook het
Schuttershof. Vandaar Ravestraat en S chuttershof straatBe laatste straat
wordt in de volksmond nog "de Hieuwstad" genoemd.
Gat van West-Hoord-WestBehoorde eveneens tot deze uitbreiding van de
stad