h SIM?
STAD EN LANDE
MEDEDELINGENBLAD VAN DE VERENIGING STAD EN LANDE VAN SCHOUWEN-I VELAND
Secretariaat: Nieuwe Boogerdstraat 3? Zierikzee. Tel. 0l110-2r7
Nr. 18 Opgericht 1939Apr. 1974
Het doel van de vereniging is de bevordering en het behoud van de stede
lijke en landelijke schoonheid in de meest uitgebreide zin op Schouwen-
Duiveland. Art. 2, lid 1 der Statuten;, goedgekeurd bij Koninklijk Besluit
van 15 juli 1968, nr. 67. Bijvoegsel v.d. Nederl. Staatscourant van 26
sept. 1 968, nr. 188.
Bestuur: J.L.Braber (voorzitter), Mr.W.P.Martens vice-voorzitter)J.M.
J.lokker (1e secretaris), Mevr.M.E.Jansen-Glas (1e penningm.), N.H.Lysen
(2e secretaris), J.Berman (2e penningm.), Mevr.C.Reitsma-d'Ancona, Mr.
AGas t, M. K.Romeijn, Ir.J.L.van Slot en en W.P. de Vrieze, bestuursleden.
DE ZES GENERATIEN KELDERMANS EN DE ST.LIEVENS MONSTERTOREN TL- ZT'^^ZEE
door Ir. H.de Lussanet de la Sabloniëre (bewerkt door H.G.C.Heringa) 1)
Zierikzee kan op het bezit van zijn St.Lievens Monstertoren trotsch zijn, de
sterkste reus onder de Nederlandsche torens, niettegenstaande het alleen nog
maar het onderstuk van een veel hoger bedoelden toren in Keldermans gotiek
betreft. Drie generatiën van het beroemde architecten-geslacht hebben aan
ons monument gewerkt. Zes generatiën hebben een ongekend aantal kunstenaars
voortgebracht en de vraag rijst: "Hoe was zoo iets mogelijk?"
Ongetwijfeld mag mén hier spreken van een samenballing van erfelijke factoren,
die in een tijdperk, dat daartoe den vruchtbaren bodem leverde, tot volle ont
plooiing komen konden, zooals dat eveneens met de geslachten Bach in den 17e
resp. 18e eeuw en in onzen tijd met het geslacht Andriessen het geval was en
is.
Het rijk der Bourgondiërs was in opkomst. Brussel was de zetel van het centra
le bestuur, terwijl de stad door de aanwezigheid van het prachtlievende hof
sterk in aanzien toenam. De groeiende welvaart bracht ook den kunstenaars
goede kansen en wij zien het aantal steenhouwers, in het strenge ambacht ver-
eenigd, steeds toenemen.
Groot moet 'de roep geweest zijn, die van de Brusselsche steenbickeleeren"
uitging. Van verrè kwamen de jonge steenhouwers om hier het vak te leeren.
Zoo ook de Keldermansen. Hoewel zij misschien aanvankekijk zuiver als steen-
en beeldhouwers begonnen zijn, zien wij dat zij al spoedig tot leidinggevend
architectonisch werk geroepen werden. Verschillende leden der familie beza
ten daarenboven eigen steengroeven of putten.
Het v/as de zeer weervaste en zachtkleurige Scheldekalksteen, dien wij thans
eenvoudig met den naam Ledesteen betitelen, welke al geruimen tijd den krach-
tigen blauwen steen uit het Doorniksche verdrongen had. De Ledesteen vinden
wij te Zierikzee o.a. aan het Stadhuis, aan het Gravensteen en aan den gevel
van het pand Mol 19 (meubelhandel Tuinman). Dat er met de levering van dezen
steen ook een zekere bekendheid van de Keldermansen uitgedragen is en omge
keerd, behoort niet tot de onmogelijkheden.
Dit zijn enkele omstandigheden, welke deze Brabantsche steenhouwers in een
zeer sterke positie plaatsten.
Voegt men daarbij nog hun aangeboren artistieke gaven, de groote gehechtheid
aan tradities en den zeer langen duur der groote bouwwerken, dan wordt het
begrijpelijk, waarom vele opdrachten, ja zelfs vaste functies van vader op
zoon, van oom en neef overgingen.
1) Naar een artikel in "Bouw" dd. 19 Nov. 1960, nr. 47; biz. 1416
en een lezing in de cursus Streekgeschiedenis gehouden 22 Jan. 1y