- 245 - De heer Schaap wijst op de vervuiling van de Oude Haven te Zierikzee. De heer Zondag bestrijdt deze klacht, de toeris ten zijn nog de voornaamste vervuilers. De heer Th.H. de Meester zegt, desgevraagd, aanwezig te zijn als lid en niet als vertegenwoordiger van het gemeentebestuur. Hij beaamt de woorden van de heer Zondag. Met de vervuiling valt het erg mee. Hij vindt de klacht van de heer Schaap overdreven. Hij attendeert er nog op dat baggeren erg moeilijk is we gens het gevaar voor de kademuren. Er zijn overigens wel plannen voor de restauratie van alle kademuren. De heer P. Verton wijst op de stoep met hek voor de zaak van Van den Berge te Haamstede, die daar zou moeten verdwij nen in verband met trottoiraanlegDe voorzitter deelt mede dat hij de heer Van den Berge heeft verwezen naar Monumen tenzorg. In dit stadium moet afgewacht worden. De heer Verton attendeert op de situatie bij „Zoomoord" te Renesse. In verband met trottoiraanleg moet daar een walle tje verdwijnen. De voorzitter zegt toe dat nadere informatie zal worden ingewonnen. De heer S.P. Moelker attendeert er op dat deze walletjes beschermd zijn. De heer mr. W.P. Martens attendeert op de sarcofaag uit de 11de of 12de eeuw op het binnenpleintje van het Zierikzeese stadhuis, die momenteel dienst doet als plantenbak. Hij wijst op het unieke van deze sarcofaag en pleit voor het overbrengen naar binnen en het verwijderen van de planten. De voorzitter zegt dat deze zaak reeds de aandacht heeft van het bestuur. De heer Krul vraagt naar het Streekplan. De voorzitter ant woordt dat het ingediende bezwaarschrift in behandeling is bij de Provincie. De reaktie van Gedeputeerde Staten zal moeten worden afgewacht. Sluiting De voorzitter sluit de vergadering om 20.30 uur. Hierna hield de heer J.G. van Heck, direkteur van de Wel standscommissie Vereniging Dorp, Stad en Land te Rotterdam een inleiding over: Welstandstoezicht. H. Uil 2e secretaris.

Tijdschriftenbank Zeeland

Stad en lande | 1978 | | pagina 17