- 311 -
OVER KOPJES EN KOPJES.
Bij het lezen van het interessante en uitvoerige^yerslag
betreffende de "nieuwe visscherij" te Zierikzee waarin
wordt beschreven hoe men rond 1818 de heersende armoede
in de stad Zierikzee probeerde te bestrijden door het op
richten van een haringvloot, kwamen de namen van de sche
pen genoemd op blz. 2, mij zeer bekend voor. Dit verbaasde
mij, aangezien ik met deze visserijgeschiedenis in het ge
heel niet op de hoogte was. Op blz. 10 staat vermeld: "Wat
betreft de financiële administratie per teelt of per schip,
moet naar de desbetreffende rubrieken verwezen worden. Zo
vindt men rekeningen en kwitanties betreffende de haringteelt
onder het kopje "Haringteelt11 en de begroting voor de zoute
teelt van 1823 van het schip "Pieter Mogge" onder het kopje
"Pieter Mogge".
Bij het lezen van het woord "kopje" wist ik plotseling waar
ik de namen van de schepen gezien had. In de porceleinver-
zameling uit het bruikleen van het Koninklijk Zeeuwsch Ge
nootschap der Wetenschappen aan het Zeeuws Museum te Mid
delburg bevindt zich n.l. een negental porceleinen kopjes,
beschilderd met vrijwel gelijkluidende namen als genoemd
op bovenvermelde bladzijde. De kopjes -zoals bedoeld in de
vaktaal van de archivaris- mogen dan geheel andere zijn dan
die uit het Zeeuws Museum, ze brachten mij wèl op het goede
spoor. Het servies was voorzien van het inventarisnummer
694 en op zoek naar de herkomst vond ik in de "Catalogus
van Zeldzaamheden" (1903) geschreven door de toenmalige
conservator Dr. J.C. de Man, onder dit nummer: "Zierikzee.
Stel van 10 koppen en schotels met theepot en melkkan, af
komstig van een vroegere Reederij te Zierikzee. Elk kopje
vertegenwoordigt een nieuw schip. Aangekocht. De opschrif
ten zijn: 1. de Vrede. 2. de polder (sic.1) Mogge. 3. den
Kroonprins. 4. Zierikzeesche Visscherij. 5. de Provincie
Zeeland. 6. Het eiland Schouwen. 7. de Stad Zierikzee. 8.
Zierikzeesch Welvaren. 9. Willem de Eerste. 10. de Hoop.
Aangezien er nog slechts 9 kopjes en 3 schoteltjes aanwezig
zijn, waarvan enkele exemplaren duidelijk door vuur zijn
aangetast, kan worden aangenomen dat -zoals zovele bezit
tingen van het Koninklijk Zeeuwsch Genootschap- tijdens de
oorlogshandelingen van 1940-1945 te Middelburg, 2 kopjes te
weten de "Haringvisscherijen de "Pieter Mogge" verloren