- 20 - In 1648 werd de waag vernieuwd. Daarvoor was er al één, want in originele perkamenten gildebrief van het zak kendrager sgilde van 1599 staat reeds vermeld dat elk lid verplicht is op werkdagen een half uur voor zons opgang bij de Stadswaag te zijn. Daar werd dan geloot wie die dag zou werken. Wie niet verscheen zonder gel dige reden kreeg 27 schellingen boete. Kwam er overdag werk dan riep iemand driemaal luid keels "heij", zodat dit op de gehele haven hoorbaar was. Daarna werd het werk verdeeld onder de opgekomen leden. Als overdeken van het St. Jans- of Arbeidersgilde zoals het Zakkendragersgilde ook wel werd genoemd, fungeerde één der leden van de vroedschap. De stadswaag werd jaarlijks verpacht. Zo was in 1612 Job Janszoon Smit pachter en in 1700 Andries Moltman. Onder het waaggebouw bevonden zich de deuren van de spuisluis. Deze werden gesloten bij hoog water als de spui was volgelopen en geopend bij laag water, om het

Tijdschriftenbank Zeeland

Stad en lande | 1980 | | pagina 20