- 28 -
Over de moerbalken lagen eiken en grenen kinderbalkjes
met daarop een zolder, geploegd met zolderveren van denne-
slijpdelen.
De oude kap is spijtig genoeg geheel vernieuwd in 1908.
De heer P.J. Padmos uit Bruinisse, die in 1892 in het ach
terhuis werd geboren, herinnert zich nog goed hoe deze
eruit zag:
"deze was van oud Hollandse stij1eikehouten kapbinten,
gordingen met windbanden, daksparren en panlatten, daar
over aangestreken oud Hollandse dakpannen."
De dakschilden werden gedragen door driejukkige eikehouten
spanten. Het hout was met de dissel geslagen en de hoeken
hadden een zogenaamde wankant.
Door het ontbreken van de originele kap is het bijzonder
moeilijk, zo niet onmogelijk, het huis te dateren.
Verbouwingen
De indeling zal als volgt zijn geweest: men trad binnen
op de voorvloer, ter hoogte van de spil was een afschei
ding met daarachter de achterkamer, tevens keuken. Dit
was de zgn. woonhaard.
Het zijhuis bestond uit kelder, opkamer en zolder. Al vrij
spoedig zal een keuken zijn aangebouwd achter de opkamer
(fig. 2)Zeer waarschijnlijk was het niet meer dan een
houten afdakje. Een schoorsteen werd gebouwd tegen de bui
tenachtergevel van de zij- of opkamer. Sporen hiervan
werden tijdens de restauratie gevonden.
In een latere periode werd op de plaats van de schuur een
achterwoning gebouwd (fig. 3)De schuur werd hier weer
tegenaan geplaatst. Het achterhuis was gebouwd met een
ijsselsteentjeDe keuken werd vergroot en er werd een
verdieping opgebouwd met een zoldertje ('t appelzoldertje).
Het achterhuis was eenvoudig en klein. Tussen schuur en
zuidgevel was geen stenen brandgevel
Op de voorvloer werd het ambacht en/of de nering uitge
oefend. In de 18e eeuw kreeg de voorvloer een woonfunctie,
waardoor de indeling veranderde. Doch tegen de 19e eeuw
kreeg de voorvloer haar oorspronkelijke functie terug en
heette het "de timmerwinkel"Later, circa 1850 werd de
binnenhaard bij de winkel getrokken, waardoor een ruime
werkplaats ontstond.