- 96 - Het tijdschrift "Taal en Tongval" is het officieel orgaan van de Koninklijke Nederlandse Academie van Wetenschappen te Amsterdam, van het Seminarie voor Vlaamse Dialectologie te Gent en van de Zuidnederlandse Dialectcentrale te Leuven. In nummer 31 (1979) treft men onderstaande sympathieke re actie aan op de eerste vier jaargangen van ons jaarboek. DIALECTLITERATUUR VAN SCHOUWEN-DUIVELAND De Vereniging Stad en Lande van Schouwen-Duiveland geeft nu al voor de vierde keer een prachtig uitgevoerd jaarboek uit: „Kroniek van het land van de zeemeermin". Een bespreking van dit jaarboek valt, gezien de vooral op lokale geschiedenis gerichte belangstelling, eigenlijk buiten het kader van dit tijdschrift. Een uitzondering dient echter gemaakt te worden voor de bijdragen voor Dr. A. de Vin. Reeds in het jaarboek 1976 had hij in een opstel „Commen taar op het gedicht en het dialect van een Brouwse garna- lenvisser" aandacht gevraagd voor het dialect; in het jaar boek 1978 plaatst hij een uitvoerige beschouwing naar aan leiding van twee dialectschrijvers, onder de titel: „Een vergelijking tussen twee dialectschrijvers van ons eiland naar tijd en plaats, „Joös van Jaone" en „Wullum uut Bru". De formule in zijn eerste artikel ontwikkeld, namelijk com mentaar op gedicht, i.e. literair werk èn het dialect waar in het geschreven is, bereikt in zijn tweede bijdrage (blz. 112-135) een hoogtepunt. De wijze waarop Dr. de Vin schijn baar literair onbelangrijke teksten, verschenen in plaatse lijke kranten, te lijf gaat, mag men voorbeeldig noemen. Na een overzicht gegeven te hebben van de schrijvers en hun werk, gaat hij in op het gebruik van dialect als uitings middel van de levende actualiteit. In chronologische volg orde laat hij zien hoe het dagelijkse leven, moderne ont wikkelingen op alle gebieden, economische, sociale en poli tieke veranderingen hun weerspiegeling vinden in het werk van Joös van Jaone en Wullum uut Bru. Voor dialectologen bijzonder interessant zijn de slotparagrafen waarin de dia lectische kenmerken besproken worden en waarin het dialect dat beide auteurs bezigen met elkaar wordt vergeleken. De conclusie van Drde Vin is, dat Wullum uut Bru zich be dient van een „moderner" dialect dan Joös van Jaone. De

Tijdschriftenbank Zeeland

Stad en lande | 1980 | | pagina 32