- 134 - Met enige spanning wachten bestuur en donateurs van de stichting Oude Zeeuwse Kerken en de inwoners van Zierik- zee af of de tweede fase van de veelomvattende kerkrestau ratie nog op enigerlei wijze kan worden aangesloten op de nu voleindigde eerste fase. In het licht van de algemene benarde ekonomische situatie zijn de perspectieven niet bepaald gunstig te noemen, maar hoop doet leven.... Het is in ieder geval zo, dat Zierikzee verheugd mag zijn over het reeds bereikte resultaat. Indien de restauratie nog zou moeten worden gestart is het twijfelachtig of dit dan wel binnen afzienbare tijd zou zijn gebeurd. Bij de kostbare en misschien ook nog tijdrovende voorzie ningen, die het kerkinterieur vraagt, behoort ook het her stel van het historische orgel, dat in 1848 in gebruik kon worden genomen Enkele jaren geleden werd van een bespeling van dit orgel door Bram Beekman een grammofoonopname vervaardigd. Wie deze uitvoering op de plaat beluistert, bemerkt onmiddel lijk, dat er merkwaardigerwijze in het geheel geen sprake is van de zogenaamde nagalm, die vaak voor een bijkomstig fraai effekt zorgt. De oorzaak hiervan is gelegen in de omstandigheid, dat tijdens de opname de kerkramen nog gro te gaten vertoonden waardoor het geluid als het ware di- rekt kon "ontsnappen" en niet even in de kerkruimte kon nazweven. Nu alle gaten gelukkig zijn gedicht mag men de stellige verwachting koesteren dat ook de traditionele nagalm in de "Nieuwe" Kerk van Zierikzee is teruggekeerd W.H. Keikes. JAARVERSLAG VAN DE VERENIGING STAD EN LANDE VAN SCHOUWEN- DUIVELAND OVER HET JAAR 1980. HET BESTUUR Op 1 januari 1980 bestond het bestuur uit de volgende le den: J.L. Braber, voorzitter; P. Jonker, secretaris; me vrouw M.E. Jansen-Glas, le penningmeester; mr. W.P. Mar tens; mr. A. Gast, 2e penningmeester; J.A.A. Fransen van

Tijdschriftenbank Zeeland

Stad en lande | 1981 | | pagina 6