I I
-439-
Er wachtte ook een boete als de schipper „qualijk bejeegend" werd en
op het „onder malkanderen moeyte maaken". Trok iemand zijn mes,
dan werd hij bij thuiskomst aan de baljuw overgedragen. En alle
gevallen van misdragingen werden aan de Commissaris gemeld.
De straf op het vervoeren van smokkelwaar was hoog. Niemand, het
zij de schipper, officier, matroos of jongen, mocht buiten medeweten
van de reder goederen meenemen die tot „contrabande" waren ver
klaard. Niet alleen was de schuldige zijn gehele gage kwijt, bovendien
werd hij aansprakelijk gesteld voor alle schade die hierdoor was ont
staan. Behalve een geldelijke straf stond de overtreders „bannisse-
ment" te wachten.
Het betoog werd beëindigd door nog eens te wijzen op de grote rol, die
met name de koopvaardij in de geschiedenis van Zierikzee heeft
gespeeld. Om de aanwezigen een indruk te geven hoe het havengebeu-
ren er in die tijd uitzag werden er tenslotte enkele dia's vertoond van
oude prenten, waaronder enkele afbeeldingen uit de Speculum Zelan-
diae en de Croniek van Smallegange.
vdM.
IT
Model van een hoeker, 1796. (Uit: Wandelen door Zierikzee, VOC,
1987).