hoven op de nieuwe gronden kon men hierin beter voorzien: de hoge lichtere gronden op de kreekruggen voor de akkerbouw en de lagere gedeelten voor het weiden van schapen en de zout- en turfwinning. Tot besluit Tot besluit willen we opmerken dat uit gegevens van verschillende vakgebieden het mogelijk bleek met een zekere mate van waarschijnlijkheid de plek aan te wijzen van een herenhof uit een zo ver verleden als de vroege Middeleeuwen. Behalve het uitgangspunt, de veldnamen uit het gebied van Noordwelle, gebruikten we hierbij de kadastrale kaart 1 5000, en dus het verkavelingspatroon van de situatie vóór 1953 en de luchtfoto van de inundatietijd van 1944. Deze laatste geeft veel nuanceverschillen aan doordat het land nog half onder water stond en diende dus tevens min of meer als hoogtekaart. Januari 1988 S. F. Kuipers Noten 1. Slicher van Bath, Geschiedenis van Overijsel, 1970. 2. Geschiedenis der Nederlanden, deel I, Verhulst. 3. Het boek van Marguerite Yourcenar „Archieven uit het Noorden" speelt ten dele op een dergelijk domein in Frans Vlaanderen. 4. Zie hiervoor nader het artikel van schrijver dezes „Dammen en dijken uit de 11e en 12e eeuw in de polder Schouwen", in Kroniek van het Land van de Zeemeermin, 1982. 5. Zie ook het artikel „De kasteelberg van Zuidwelle" in het Mededelingenblad van Stad en Lande no 55, april 1986 en de bijdrage in de Kroniek van het Land van de Zeemeermin, 1984 „Bergen en burgen op Schouwen-Duiveland", beide van de hand van schrijver dezes. Welputdeksel, Korte Nobelstraat 34/36, Zierikzee. 40

Tijdschriftenbank Zeeland

Stad en lande | 1989 | | pagina 18