Jaarverslag 1990 Stichting Landbouwmuseum
Schouwen-Duiveland
Het museum was geopend van 1 juni tot
en met 31 augustus 1990. Voor groepen
buiten het seizoen en op afspraak is het
museum ook altijd bereid zijn deuren te
openen.
Wat betreft het bezoekers-aantal in dit jaar,
is een kleine stijging te vermelden ten
opzichte van het vorige jaar. Dit jaar
bezochten 2003 personen het museum,
terwijl het jaar daarvoor slechts 1815
betalende bezoekers konden worden
geregistreerd.
Het museum heeft een moeilijk jaar achter
de rug. Een vaste kracht om de bezoekers
rond te leiden, werd door het bestuur niet
gevonden. Deze functie is voornamelijk
verricht door onze voorzitter dhr. Braber
met medewerking van een paar dames, die
zich op vaste middagen beschikbaar
stelden. Dank dan ook aan de dames De
Raaf, Vis en Van Hattum. Naar buiten toe
stond het museum dit jaar zeer in de
belangstelling. Na een interview van de
PZC met één van onze bestuursleden dhr.
de Vries en een misleidende kop in deze
krant, alsof het museum ging verhuizen,
kwam het dorp Dreischor in rep en roer.
Eén van de bewoners liet op eigen kosten
papieren drukken waarop stond „Het
museum blijft in Dreischor". Deze
pamfletten werden huis aan huis verspreid,
met het verzoek deze voor een raam te
hangen, wat ook door vele bewoners werd
gedaan.
Ook aan het gemeentebestuur is dit niet
ongemerkt voorbij gegaan, met als
resultaat dat er een gesprek is gevoerd
tussen b en w en een afvaardiging van het
museum-bestuur. We hopen dat deze
bespreking het volgend jaar enig resultaat
zal opleveren.
Donderdag 19 april kwam het bestuur met
een aantal commissieleden bijeen voor de
jaarvergadering in het dorpshuis van
Serooskerke. Deze vergadering werd te
Serooskerke belegd opdat men vooraf enige
gebouwen te Burghsluis kon gaan bekijken
als eventuele andere lokatie voor het
museum. Zaterdag 11 augustus was er weer
de jaarlijkse „Vlasdag" te Dreischor. Ook
dit jaar was er een groot aantal bezoekers,
zowel binnen als buiten het museum.
Aangekocht zijn dit jaar o.a. een schilderij
met betrekking tot de landbouw en een
weefgebouw. Enige ruimte zal hiervoor in
het museum worden gezocht.
Uit de nalatenschap van wijlen dhr. De
Roo te Zonnemaire, van beroep
wagenmaker, kreeg het museum enige
werktuigen en mallen, betrekking hebbend
op zijn beroep. Daarvoor hartelijk dank.
Het bestuur hoopt dat ook het komend
seizoen vele belangstellenden ons museum
zullen bezoeken.
Dreischor, februari 1991
W. Slager-Steenland