Latijnse onderschrift van W. Baudartius uit 1615 is geplaatst. Ook bij Bommenee: de royalistische visie (van Pourtant??) en die van Hogenberg. Zijn Duits rijm begint met „ein sterckde Bommenee genannt erobern mit der sturmender hant" heeft hij ontleend aan zijn Spaanse bron: „De stercte van Bommene bij Zirichzee in Zeelandt bestormt ende ghenomen is geweest van sconinckx volck". Ook hier is naar mijn overtuiging Hogenberg de navolger. Maar is het origineel van Pourtant? Zo ja, waarom plaatste hij zijn naam niet zoals bij afb. 1 en 2? Was het innemen van een partijstandpunt in het gebied van de opstand soms gevaarlijk? Is de naam Pourtant toch een schuilnaam, zoals wel gesuggereerd? Biografische gegevens ontbreken nagenoeg, op één aanwijzing na onder een ingekleurde copie van Vlissingen, ook met de naam J. Pourtant, waarvan het originele exemplaar zich destijds bevond in F. Nagtglas, Zelandia Illustrata I, 1879, 199, 518 en 570. Dat onderschrift luidt „De Gentenaar J. Pourtant te Antwerpen om het gelove gedood". Deze aanwijzing dank ik aan de heer D. de Vries, conservator der collectie Bodel Nijenhuis, Rijksuniversiteit Leiden. De Stadsarchieven van Gent en Antwerpen bezitten in de Vierschaarboeken, stadsgebodboeken, rekeningen van de schout en het „Biografisch woordenboek" nihil omtrent de gezochte Pourtant. De aanwijzing die Nagtglas geeft in Zei. 111. I, 1879, p. 199 is even vaag en vermeldt hetzelfde: (er) „bestaan ook nog andere afbeeldingen der steden met bijschriften van en waarschijnlijk vervaardigd door J. Pourtant, den geleerde meetkundige, die als martelaar stierf en over wien men zie Henne V, p. 52, IX, p. 60 en Le Protestantisme Beige 1856, p. 74". Nagtglas onderkent wel de waarde van de kaarten van Pourtant en merkt onder die van Veere op: „De kaart, hoewel in vele opzigten misteekend, komt mij belangrijk voor; men vindt er de afbeeldingen van gebouwen, zoo als de kerk van Zandijk en andere die men nergens elders aantreft." Het belang van zijn prenten is evident, maar over zijn geboorte- en sterfjaar tast ik in het duister. Slechts één jaartal nl. 1573 staat op zijn kaart van de Vlissingse haven. Daar moeten we het mee doen. Voorlopig! Overzicht van de tot nu toe aangetroffen prenten van J. Pourtant: 1. Tocht door het Zijpe en invasie van Schouwen-Duiveland, coll. R. de Jongh, getekend J. Pourtantius. 2. Ontzetpoging van het belegerde Zierikzee, coll. Bodel Nijenhuis, Univ. Bibl. Leiden (P 35 N 107), getekend J. Pourtat. 3. Vlissingen, „de beste haven van Walcheren", coll. Bodel Nijenhuis, Univ. Bibl. Leiden (P 35 N 21), getekend J. Pourtant (copie). 4. Veere, „Campveere prend son nom du village de Campen par inundations devenu profonf et large mer. Premièrement environné de murs anno 1358. La nation des Escossoys i trafique. Ici est gardé l'artillerie et munition de l'admiral de nostre Roy", coll. bodel Nijenhuis, Univ. Bibl. Leiden (P 35 N 74) (copie), getekend J. Pourtantius. 5. Arnemuiden, elders getraceerd door de heer R. de Jongh, Zierikzee. Nadere gegevens ontbreken. C. van der Graaf 321

Tijdschriftenbank Zeeland

Stad en lande | 1992 | | pagina 19