voordien de kern van de stad, met de
Karolingische hof en de grafelijke kapel. In
de 14e eeuw hebben de kooplieden en
„lommerdhouders" die zich aldaar
gevestigd hadden, geleidelijk hun kantoren
overgebracht naar de Grote Markt, het
nieuwe centrum van de groeiende
gemeenschap (vergelijk Zierikzee, van Balie
naar Dam). De gronden van de oude hof
werden in 1242 afgestaan voor de bouw
van een bescheiden klooster met
ziekenzaal. De huidige gebouwen dateren
uit de 15e, 16e en 17e eeuw. Het Oud-
Hospitaal heeft een aparte sfeer met z'n
binnenhofje, bierkelder, houten kappen,
enz.
Op de Grote Markt domineert het Belfort.
De toren vormt één geheel met het
Schepenhuis (het oude stadhuis) en het
zgn. Gebiedshuisje. Dit laatste kreeg die
naam omdat van hier uit de wetten werden
voorgelezen. In 1543 werd het afgebroken
en is het huidige in late gothiek
opgetrokken. Het heeft prachtige gevels
met beelden. Het Schepenhuis is van 1225
en is het oudste van de Nederlanden. Na
een brand is het in 1407 weer opgebouwd,
waarbij Jan van Goeteghem de fraaie
voorgevel ontwierp. De toren heeft een
opengewerkte en uitkragende omloop. Het
geheel van de drie bouwwerken is zeer
bekoorlijk door de vormen, lijnen en
details.
Vóór het Belfort met 52 klokken staat het
standbeeld van Dirk Martens, die de
boekdrukkunst in de Zuidelijke
Nederlanden invoerde. In 1473 stichtte hij
een drukkerij in Aalst (dus vóór Plantijn in
Antwerpen).
Een andere beroemde Aalstenaar was
priester Daens (1839-1907), die een
voortrekker was in de sociale strijd van de
fabrieksarbeiders. In het Schepenhuis is een
zaal over hem ingericht. In dit verband
moet zeker ook de schrijver Louis-Paul
Boon worden genoemd, die in 1912 in
Aalst geboren is.
Links van het Belfort is de „Beurs van
Achterzijde Schepenhuis Aalst.
Amsterdam", een 17e-eeuws gebouw met
zuilengalerij en vier barokgevels. Vroeger
waren de rederijkers er gevestigd die er hun
uitvoeringen gaven.
Rechts van de markt het tegenwoordige
stadhuis, met op het binnenplein de 18e-
eeuwse rococogevel van het voormalige
,,land"huis. Van daaruit werd het Land
van Aalst bestuurd, dat 150 gemeenten
omvatte.
De Sint-Martinuskerk is vanaf 1480 in
zandsteen in Brabantse gotiek opgetrokken
door vader en zoon De Waghemakere uit
Antwerpen, opgevolgd door Laurens
Keldermans. Het uiterlijk is sober. De
ruime kerk is driebeukig, met een
zevenhoekig koor met kapellen. De gevel
van de zuiderdwarsbeuk is fraai versierd,
met hoektorentjes en „oculi" in de top
(gebogen driehoekvormige openingen). De
bouw is onvoltooid gestopt in 1660, met
aan de westzijde een bakstenen muur, die
328