De cholera te Sirjansland
1867*)
nen van professor Dijkstra aan de Haven van
Brouwershaven. Verder hoopte hij dat de
gemeente Zierikzee terug zou komen op het
besluit geen nieuwe horecagelegenheid te laten
vestigen in 't Vrijpoortje. Zodat dit pand toch
behouden kan blijven en gerestaureerd wordt.
Dat zou toch politiek haalbaar moeten zijn.
Voorzitter Doeleman vond dat deze proble
matiek mooi aansloot op de lezing van straks.
Hij vertelde dat het Vrijpoortje nog regelmatig
onze aandacht heeft. Mevrouw R. Geluk gaf
aan, dat er ook nog andere mogelijkheden tot
behoud zijn dan alleen de horeca-oplossing.
Dr. A. de Vin was blij met het standpunt van de
Vereniging ten aanzien van de horizonvervui
ling door een camping en hoopte, dat we met dit
bezwaar door zouden gaan, eventueel tot aan de
Raad van State. Hierop kreeg hij applaus. Hij
kondigde verder aan. dat eind dit jaar een boek
over de streektaal op Schouwen-Duiveland zou
verschijnen.
De heer Joppe vond de plannen van ..Beter
Wonen" voor de Manhuisstraat te saai, hij
hoopte dat dat er gevarieerder gevels voor in de
plaats zouden komen.
De heer J. L. van Sloten was blij eindelijk eens
een reactie op artikelen in het
Mededelingenblad te hebben gekregen. Zijn
bedoeling om een discussie uit te lokken was
geslaagd.
Daarna sloot de voorzitter de vergadering.
Drs. P. F. Vleugel
Van september tot december 1867 werd het
kleine Sirjansland bezocht door de gevreesde
Aziatische cholera.De epidemie eiste 16 slacht
offers. Wat deed de gemeente Oosterland ter
leniging van de nood en welke voorzorgsmaat
regelen had zij getroffen?
Oosterland was beslist diligent geweest. Veel
had de gemeente daarbij te danken aan de
geneesheer Francois Pieter Jacobus Was, een
verlicht en idealistisch man, een mens zonder
bluf, uitgaan en rijtuig. Dokter Was, die nooit
grote rekeningen schreef en in zijn kinderen zijn
enige fortuin zag, was tevens gemeentesecreta
ris en -ontvanger en ambtenaar voor medische
politie en openbare gezondheid. In die laatste
functie rapporteerde hij vele malen omstandig
én kundig over de gezondheidstoestand in
Oosterland en Sirjansland.
Preventie
De eerste maatregelen ter voorkoming en uit
breiding der cholera werden genomen in mei
1866: de gemeenteraad voteerde een krediet van
f 100,-, schafte de kermis af en stelde een cho-
leracommissie in, bestaande uit burgemeester
A. van der Have, de raadsleden J. Bouman.
J. Hanse en L. J. van Vessem en de geneeskun
digen E. E. Vleugels Schutter en F. P. J. Was.
In Sirjansland werd de openbare school aan
gewezen als cholerahospitaal en in Oosterland
het Heerenhof, een groot en luchtig gebouw
buiten de kom der gemeente. Verder stelde de
raad op 20 juli een strafverordening vast om te
voorkomen dat de cholera zich zou kunnen
verspreiden door de binnenlandse scheepvaart.
In het gemeenteverslag over 1866 kon dokter
Was met vreugde melden dat zich in Oosterland
geen spoor van cholera had vertoond en dat der
halve alle preventieve maatregelen zonder toe
passing waren gebleven.
Het jaar daarop - 1867 - bleven de maatregelen
onverminderd van kracht. "Wij menen derhalve
bereid te zijn om de cholera in deze gemeente af
te wachten", aldus burgemeester en wethouders
n een brief van 21 augustus aan de commissaris
370